Bekentenis uit het verleden

Foto ingezonden door Joop KeizerAls je over een eindsprint beschikt zoals ik vroeger kan het heel veel uitmaken hoeveel overwinningen je behaalt. Het is wel eens gebeurd dat ik met zes man de laatste 100 meter inging. Dan kan je zesde of winnaar worden. Door mijn manier van trainen, met veel interval-duurlopen, beschikte ik over een goede eindsprint die mij bijna nooit in de steek liet.

Toch wil ik nu vertellen over een keer dat ik in het zicht van de finish ben verslagen. Het was in 1978 dat voor mijn eigen publiek over de zeedijk richting Enkhuizen de 20 km in Hoorn werd gehouden. In deze tijd liep ik veel wedstrijden met Gerard Berkhout en trainde wel eens met hem in Schoorl. Gerard had ik zien groeien van een trimmer tot een heel goede loper en Gerard kreeg door dat hij mij eindelijk wel eens kon verslaan. Dat liet hij tijdens de trainingen ook zeer duidelijk blijken door mij een beetje te sarren met: "Ja oudje, je gaat er aan zondag". Eigenlijk plaagde hij mij er al langere tijd mee. 

Op de dag van de 20 km wedstrijd zou het dan dus eindelijk gebeuren en wel voor ons eigen publiek. Het was vreselijk weer met windkracht zeven. Onder de lopers was in die tijd, behalve Gerard, ook Rob Strik in bloedvorm. Ook de legendarische veteraan Piet van Alphen, toen al 47 jaar, behoorde tot de favorieten. Met de harde wind in de rug vlogen we naar het keerpunt op de zeedijk. Er was al een kopgroep van zeven lopers afgescheiden van de rest. Tijdens het gedrang bij het keerpunt viel Piet van Alphen en daar ik bang was dat hij misschien gewond was stopte ik om hem weer snel op de been te helpen. Op wat schaafwonden na had Piet verder gelukkig niets, maar we waren wel het contact met de kopgroep kwijt. Door  goed samenwerken kregen we toch weer aansluiting. Net dat we bij de kopgroep waren demarreerde Rob Strik en alleen ik kon hem op dat moment volgen.

Foto ingezonden door Joop Keizer

Langzaam werd het gat toch behoorlijk groot, omdat bij de achtervolgers niemand veel zin had de kop over te nemen. Rob en ik daarentegen werkten goed samen, maar ik voelde mijn krachten steeds minder worden en als ik de kop overnam werd het tempo steeds beroerder. Omkijkend zag ik Gerard, mijn plaaggeest, los was gekomen van zijn achtervolgers en worstelde moederziel alleen tegen het natuurgeweld. Nu bedacht ik iets dat ik nog nooit eerder had gedaan. Ik vroeg aan Rob, toen hij mij weer vragend aankeek om de kop over te nemen: "Hoe gaat het met jou Rob? Kan jij de laatste kilometer tot de bocht op kop blijven lopen?" Rob, die wist dat hij het in de eindsprint kon vergeten, keek mij aan met een blik van ben jij niet lekker? Ik:"Ro,b ik ben tevreden met een tweede plaats als ik Gerard maar achter me laat. Je kan me vertrouwen."
 
Rob had mij sowieso verslagen als ik eerlijk op tijd de kop had overgenomen in een goed tempo. Bij het uitkomen van het laatste rechte stuk met wind mee was het nog 200 meter naar de finish, maar Rob had geen kracht meer. Het koplopen in de storm had te veel van zijn krachten gevergd. Het gevolg was dat ik Rob naar de finish moest coachen: "Rob, kom op sneller! Het publiek weet dat ik kan sprinten. Sneller. Kom, anders geloven ze er niks van. Kom op!" Bij de finish trok ik een verbeten gezicht om alles echt te laten lijken en verloor van Rob met een paar centimeter in dezelfde tijd. Het was niet sportief van mij deze wedstrijd om zo Gerard voor te blijven en ik heb ook nooit meer zoiets gedaan. Het publiek genoot echter wel van een super spannende finish. En ik had weer even uitgesteld dat Gerard Berkhout mij versloeg. Hij werd derde en Piet van Alphen vierde.

Foto ingezonden door Joop Keizer

Overigens was Gerard een fantastische goede vriend van ons. Hij zorgde er onder meer voor dat mijn vrouw met mij mee kon toen ik in 1981 op uitnodiging met mijn vrouw naar Amerika ging om een 100 km te lopen. Gerard en zijn vrouw zorgden veertien dagen als een heel goede vader en moeder voor onze twee jongste kinderen van anderhalf en drie jaar jong. Gerard, jij weet nu ook wat voor truc ik nodig had om je te verslaan en bij deze mijn verlaten excuus.

© Joop Keizer – http://www.joopkeizer.com/