Dag 7 Moleson – Village Lausanne. Deze dag zou eindigen in de andere plaats in Zwitserland die ik van naam kende: Lausanne. Dus zouden we ook het meer van Genevé bereiken. Maar voor het zover was mochten we eerst nog even naar een metertje of 1.500 klimmen. Want de Petit Plane en de Gros Plane stonden op het programma. De route die wij volgden was achter de computer samengesteld.
(Note Redactie Loopkrant.nl: De Trans Swiss Run. Dit alles door de ogen van Henk Geilen in zes afzonderlijke verhalen vastgelegd en verspreid over twee dagen afzonderlijk te lezen op Loopkrant.nl. Hierbij het vijfde deel van deze bijzondere loopervaring)
Op zich een prima methode maar soms levert dat heel verassende zaken op. Zo ook nu weer. Want waar de route had moeten zijn was inmiddels een kabelbaan aangelegd. Dit is dus de bevestiging van het feit dat het inderdaad de beste weg naar boven is. Maar het lopen onder een kabelbaan levert toch wel wat extra uitdagingen op en van een echt pad was ook geen sprake meer. Kortom de dag begon met een uitdagende klim. Het is werkelijk heel erg leuk om je omhoog te worstelen naar zo’n top en dan op een gegeven moment in de mist te komen en dan weer boven de mist uit. Vervolgens mag je dat nog een keer in omgekeerde volgorde doen.
Tijdens de afdaling was ik zoals voor mij gebruikelijk wat achterop geraakt. Maar toen kwam het soort parkoersen waar ik heel erg goed uit de voeten kan. Stabiele ondergrond en een beetje bergop. Dus kon ik beginnen aan een inhaal race. Bij de tweede verzorgingspost maakte ik weer deel uit van de kopgroep, die naast mij bestond uit Brigitte en Rolli. Omdat dit "mijn terrein" was begon ik voorzichtig het tempo te verhogen. En dat ging goed. Op een gegeven momnet stuurde de route ons een bosje in. Toen ik omkeek was Rolli verdwenen. Voorwaar een slecht teken dus. In dat bosje vonden wij een pad langs het riviertje. Dat hebben wij toen maar gevolgd. Na verloop van tijd vonden wij het vreemd dat wij de rivier aan onze linker hand hadden, terwijl dat volgens de beschrijving rechts moest zijn. Toch hadden we geen mogelijkheid gehad om de rivier over te steken. Achteraf (of eigenlijk toen we weer terug waren op de plaats waar we het bos in gedoken waren) bleek dat we nog mooi even het lokale trim parkoers meegenomen hadden. Bij onze tweede poging bleek dat als je een stukje brandnetels doorkruiste je een bruggetje kon vinden. Dat hebben we dan ook maar gedaan. We waren best trots op onszelf dat we weer op de route zaten. Helaas was die vreugde van korte duur. We kwamen na verloop van tijd op een punt waarvan de route heel duidelijk aangaf dat we naar rechts moesten. Over een rivier en dan omhaag door de wijngebieden naar Chardonné. Toch was er geen mogelijkheid te vinden om naar rechts te komen. Sterker nog, op een gegeven moment kwamen we de ander twee snelle lopers (Gerhard en Andréas) tegen die ook aan het zoeken waren. Ook met zijn vieren konden we met geen mogelijkheid dat pad of überhaupt een mogelijkheid om die kant uit te gaan vinden. Uiteindelijk zijn we maar zo ver mogelijk rechtdoor gegaan. Toen kregen we wel een mogelijkheid, ook al moesten we daarvoor dwars over een afgesloten schietterrein. In ieder geval kregen we hierdoor de mooie gelegenheid om aparte plaatjes te schieten.
Uiteindelijk zijn we met behoorlijk wat omwegen en veel geklauter door de wijnbergen vlak voor de volgende verzorgingspost weer op de route gekomen. Vandaar ging het met de nodige lussen richting Lausanne. Inmiddels was de temperatuur opgeklommen richting de 30 graden. Zeker in wijnbergen waar weinig schaduw was, was het dus behoorlijk warm. Gelukkig was er meer dan genoeg heerlijk fruit letterlijk voor het grijpen. Inmiddels had ook Andréas last van zijn scheenbenen gekregen. Brigitte had last van haar enkel en wilde persé op zoek naar een supermarkt. Het kostte mij ook even moeite om die wens te begrijpen. Zeker toen ze vertelde dat ze een pak diepvrieserwten wilde kopen. Gelukkig was dit niet het gevolg van de hitte, maar zocht ze een middel om haar enkel te koelen. Uiteindelijk liepen we op een zonovergoten vrijdagmiddag over de boulevard van Lausanne. En als je dan sommige van de flanerende mensen de stinkende en bemodderde creaturen die aangedenderd komen een beetje meelijwekkend ziet aankijken kan dat helemaal niet deren. Dit is gewoon kicken, zeker als je bedenkt dat je helemaal op eigen kracht van de andere kant van Zwitserland bent komen aanlopen.
Dag 8 Lausanne -St Gingolph.
Vandaag moesten we alleen nog even om het meer van Genevé heen lopen naar de Franse grens. Een kilometertje of 50 uitlopen dus. Bij een aantal lopers merkte je dat het genoeg geweest was en dat deze etappe eigenlijk niet meer gehoeven had. Zelf vond ik zo’n relatief makkelijke etappe wel lekker. Dus ik ging heerlijk ontspannen om deze week uit te luiden. De uitstekende nachtrust had hier ook aan bijgedragen. We hadden afgelopen nacht in een jeugdherberg geslapen. Maar dit was wel een heel comfortabele nieuwe met redelijk ruime kamers. Omdat wij ook de volgende nacht hier zouden slapen hoefde ik ook niet mijn spullen in te pakken. Bang dat iets aan mijn spullen kwam hoefde ik ook niet te zijn, want onze Bram was vannacht behoorlijk ziek geworden en zou vandaag de hele dag in bed doorbrengen. Omdat wij bovendien de opdracht gekregen hadden om 1,5 uur na de rest te starten was het dus een redelijk relaxte ochtend.
Omdat het ook niet te gemakkelijk mocht zijn was de route niet vlak aan het meer uitgezet. Wij mochten ook nog een paar venijnige klimmetjes in de wijnbergen doen. Zo zaten er in deze "volkomen vlakke etappe" toch nog bijna 1.200 meter omhoog. We vertrokken dus voor de laatste keer met zijn vieren ( Brigitte, Gerhard, Andréas en ik). Omdat ik toch een wat steviger tempo wilde lopen zijn Brigitte en ik na een paar kilometer samen doorgegaan. Het komt niet vaak voor dat er aan mij gevraagd wordt om iets langzamer te lopen, maar het klinkt wel leuk. Kortom het ging gewoon lekker. En als je al 7 dagen gelopen hebt en het gaat dan lekker dan geeft dat een extra stimulans. Het kostte tot de tweede verzorgingspost voor we de andere lopers hadden ingehaald. Tussendoor hadden we nog heel wat bewonderende blikken van de vroege wandelaars op de boulevard geoogst. Boven op de wijnbergen werd toevallig een bus Japanner uitgelaten toen wij de steile helling op gedribbeld kwamen; ik denk dus dat ik nu op heel wat sd-kaartjes in Japan sta. Het was ook we heel erg leuk om op zaterdag morgen over de markt in Vevey te crossen. En het allerleukste vond ik het om zwetend als een otter rond het middaguur door de menigte op de boulevard van Montreux te joggen.
Uiteindelijk kwamen we net vóórdat de verzorgers daar aankwamen op de derde verzorgingspost. Van daaruit was het nog iets minder dan 11 kilometer. Ons plan was om dit ruim onder het uur even te doen. Meteen daarna het ik geleerd da je op dit soort lopen nooit iets moet plannen met betrekking tot tijden. Want binnen een kilometer of 2 na de verzorgingspost verliepen wij ons grandioos. Ik weet nu nog steeds hoe dat heeft kunnen gebeuren. Want nadat we uit de jachthaven waren was het in theorie een kwestie van terug zien te komen naar het meer en dan de kustlijn volgen. We hadden al vrij snel in de gaten dat we fout zaten. Maar wat we ook deden, we wisten alleen maar dat we steeds meer fout liepen. Uiteindelijk zijn we doorgelopen naar een dorpje en hebben daar de weg gevraagd. Het probleem was dat we vervolgens over een beekje en over een rivier moesten zien de komen. Bruggen waren in dat gebied schaarse goederen. Toen we later nog eens in ons beste Frans de weg gevraagd hadden aan een aantal Duitsers die net zo beroerd Frans spraken als wij lukte het wel.
Getuige de laatste foto zijn we toch nog in St. Gingolph beland. We waren gelukkig nog meer dan ruim op tijd om de rest ook te zien binnenkomen. Omdat de organisatie hun fototoestel kwijt was hebben ze mijn camera gebruikt om ieders binnenkomst vast te leggen. Het voordeel hiervan is dat ik nu zonder enige inspanning ook deze foto’s heb. Het nadeel is dat de een of andere onverlaat de kans heeft gezien om een foto van mijn voeten te maken. En daaraan is geloof ik wel te zien dat zo’n loopje altijd een paar sporen achter laat. Toen iedereen binnen en in het meer gesprongen was, genoten had van de Champagne en gedoucht was ging een groep hechte vrienden met de bus terug naar Lausanne. Het afsluitende etentje aldaar en de verplichte alcoholische versnapering waren iets wat iedereen verdiend had.
© Henk Geilen – Munstergeleen / http://www.loopplezier.tk/