Sinds tweede kerstdag word ik geplaagd door een blessure aan mijn onderrug. Eerst heel prominent aanwezig in mijn staartbeen waardoor het lopen een marteling werd in plaats van een lekker bezig zijn. Na wat van het betere kraakwerk door Gerke Houwer zit alles redelijk op zijn plek en wat rest is het gevoel alsof ik een enorme schop onder mijn kont heb gehad. Die verdien je ook zo af en toe hoor ik u denken.
Toch ging alles afgelopen tijd dermate beter dat het weer begon te jeuken. Na een probeersel van 200m in 44sec zonder naweeën en het fiat van Gerke om met beleid de grenzen op te zoeken besluit ik in Putten de 5km van de Rusthoeve te lopen. Op de handrem. Maar ja, hoe hard is dat met de handrem? Woensdag liep ik af en toe 13.5km/uur volgens het 300 euro dure speeltje van loopmaat Leen Dekker. 14km/uur is een marathon in 3 uur, dus daar kies ik voor.
Uiteraard flink warmlopen en heel kort voor de start achter de lijn gaan staan. Het is prachtig weer dus korte broek kan wel. De starter komt en ik ga op het laatste moment bij de jongens en meiden staan. Maar helaas, de vorige editie is er op het 4km punt iemand overleden en we moeten een minuut stilte in acht nemen. Direct daarna moeten we starten. Terwijl loopkameraad Cees Weeda op kop wegspeert naar een 18.15 moet ik lijdzaam achter een paar veel te dik geklede mannen meehobbelen.
De eerste en tweede kilometer gaan in 4.05 en op het wat slechtere terrein dat nu volgt besluit ik wat gas terug te nemen. De 4.10 die volgt zorgt er ook voor dat er wat lopers aansluiten. Eenmaal op de weg in de vierde kilometer zet ik de turbo even open in 3.56 en freewheelend loop ik de laatste kilometer in 4.09. Derde in 20.25! Nog fris en geen naweeën. Wat wil een mens nog meer? Eind dit jaar 18.25, total loss kruipend op de baan. Dat wil ik blijkbaar?
© Rinus Groen – Apeldoorn