Zondag 5 oktober wordt al onze gelopen trainingsarbeid omgezet in het lopen van de 23e marathon van Boedapest. Het kuurbad is het rendez-vous én kleedruimte voor de lopers. Bij de hoofdingang van de Széchenyi-baden staat een standbeeld van de geoloog Vilmos Zsigmond, die hier in 1879 de warmtewaterbron ontdekte. Deze baden behoren tot de diepste en de heetste baden in Boedapest.
Het water heeft aan het oppervlak een temperatuur van 74-75 ºc. De baden staan bekend om hun geneeskrachtige werking. Het neo-barokke kuurbad werd in 1909-1923 gebouwd en in 1926 zijn er drie open luchtzwembaden toegevoegd. Op deze zondagmorgen zijn Ruud en ik er tegen negen uur. Eergisteren zijn we met familie in Hongarije aangekomen. We hebben alle wee hooggespannen verwachtingen, maar zijn ook wel weer nuchter in wat mag komen. Per slot van rekening is er de laatste tijd ook blessureleed geweest. We zien dus wel hoe het vandaag gaat. Onze omkleedhokjes zijn uit de begin jaren twintig. Zo’n accommodatie heeft charme.
Na het inleveren van onze spullen vertrekken we naar het Heldenplein alwaar de start van de marathon zal zijn. Het weer is zonnig; 15 ºc en de lucht ziet er strak blauw uit. Wel is er veel wind. Na wat rek- en strekoefeningen, en gisteren al in de stromende regen een breakfast run, sluiten we opgewarmd aan in onze startruimte van de tijdscategorie 3.30 – 4.00 uur. Het is gemoedelijk vertoeven bij de start. De zon doet iedereen na de regenachtige dag van gisteren goed. Muziek en veel handgeklap is er en dan om tien uur is de start. Wij lopen na twee minuten over de rode Championchip matten.
We gaan over het Heldenplein, nagekeken door aartsengel Gabriel, de Andrassy avenue op. Een brede weg die ons naar het centrum van de stad zal brengen. Ik voel me opperbest en heb geen last van de benen. Dit in tegenstelling tot gistermiddag, toen zowel het rechte als het linker scheenbeen verstijfd aanvoelde. Ruud en Ik lopen de eerste kilometer samen op. Ik maan me zelf om rustig aan te doen en na 2km komen we langs de Opera waar onze fans staan. Gerrie maakt foto’s en ze wenst ons veel succes. Ruud en ik gaan vanaf hier onze eigen weg. Vlak voor de Donau sla ik linksaf en volg het parcours over de Oktober 6 ulca . Het marcheert zoals het hoort en een tijdje loop ik zelf naast een motorrijder. Een diepte-interview met de verslaggever achterop blijft uit.
Na wat kriskras door het centrum heen kom ik bij de Also Rakpart, die ons langs de oever van de Donau, met zicht op het koninklijk paleis aan de overkant, brengt. We lopen richting het Roosevelt ter. Hier zullen de dames bij het 5km punt staan. De tijd, 26.01min, is bemoedigend. Stug gaat het door. Langs de Parlementgebouwen naar het Margitseiland, waar we dwars over heen lopen. Een parkachtige omgeving en een Duitser die samen op wil lopen en voor 3:40 gaat is daar hoofdmoot. Hij loopt me op dit moment iets te snel en ik besluit mijn eigen race te lopen. Het is hier volop genieten. Als we het eiland verlaten steken we de brug over. Tja, we zullen vandaag heel wat van bruggen overgaan. We lopen langs de Donau richting het centrum. De 10km gaan constant in 49.43 min ( 5min/km). Na 12km lopen we langs de start van de 30km loop. Dan gaat het langs de Regeringsgebouwen en de fanclub.
Ik loop samen met een Hongaarse atlete. En zo gaat het kilometers lang over de kade waar we verschillende bruggen passeren: de Elizabethbrug; de Vrijheidsbrug om uiteindelijk over de Petofi brug de rivier de Donau over te steken. Aan de andere kant lopen we richting Bornemissza. Het 15km punt gaat in 1:15:29. Na een paar kilometer langs de Donau slaan we één van de buitenwijken van Boedapest in. Ik ben inmiddels mijn metgezel kwijt geraakt. Ze versnelde plotseling en ik voelde me niet geroepen om dit ook te doen. We lopen over een lange rechte weg van zo’n drie kilometer lengte en aan de andere kant 3km terug. Tussendoor lopen we over het 20km punt ( 1:41:38) en mijn halve marathon tijd is 1:47:23. Ik ben tevreden, maar krijg honger. De reep die ik had meegenomen is in mijn bagage gebleven in plaats van het bij me te steken. Ik zie Ruud aan de andere kant van de weg lopen en we groeten elkaar. Bij de drinkpost eet ik stukjes banaan om zo de maag te vullen en bij het 25km punt ( 2:08:14) was ik mijn gezicht in één van de aanwezige teiltjes die vooraan bij de drinkpost staan. Het werkt verfrissend. Jezelf verzorgen is een must.
Inmiddels lopen we richting het Gellért Hotel om kort hiervoor om te keren en opnieuw de Petofi brug over de Donau te nemen. Aan deze kant van de oever bereik ik de 30km ( 2:34:55). Mijn eerdere metgezel heb ik weer ingehaald en ik zie dat de versnelling haar aan het opbreken is. Bij mij gaat alles zoals het dient te gaan. Als we de hoek omgaan krijgen we plotseling de snijdende wind in ons gezicht. Dit zal zo’n 6km lang het geval zijn. Ik kijk om me heen of ik samen met anderen op kan lopen. Dit lukt. Samen met twee Duitsers gaat het opnieuw naar de Regeringsgebouwen. De dames zijn bij de doorkomst niet aanwezig. Ik had zo gehoopt op wat eten. Helaas, ik zal het zonder moeten doen. Tegen de wind zwoegend gaat het verder. Hoe lang nog begin ik me af te vragen. Helder denken lukt al niet meer. Het keerpunt bij de 35km ( 3:02:01) voelt zwaar en ik stop even om te plassen. Op gang komen kost veel energie. Het parcours gaat nu achter de regeringsgebouwen langs en ik hoor plotseling Gerrie schreeuwen,die hardlopend door een park snelt en al lopend foto’s maakt.
Ik loop naar haar toe en een kus doet dan altijd wonderen en geeft nieuwe kracht. Als ik de straat uit loop ga ik het links af. Ik krijg zicht op het centraal treinstation (een ontwerp van Eifel). De weg stijgt en we lopen de brug hier over. Het bovenste punt gaat al wandelend (39km). Ik voel me plotseling heel leeg en in staat om te gaan stoppen. Alle moed raap ik bijeen om toch maar weer te gaan hardlopen. In een sukkeldraf gaat het verder. Het 40km punt gaat in 3:30:03. Ik smijt met tijd en de seconden, het kan me allemaal niets meer schelen. Veel hardlopers wandelen en hebben zichtbaar last van de man met de hamer. Het laatste stukje gaat langs het Heldenplein richting het park waar we in de Olav Palme ulca gaan finishen. Ik zie de jongen waar ik mee opliep op het Margitseiland. Hij haalt zijn doelstelling van de dag. Zelf bij de laatste 200meter stop ik even. Een van mijn kompanen maant me om toch verder te gaan. Dit doet ik en even later finish ik in 3:42:04. Een heus PR.
Er had meer in gezeten. Toch ben ik zo blij als een kind. Met medaille om en een tas vol snuisterijen loop ik opnieuw naar de Széchenyi baden om me wat later voldaan te later onderdompelen in het dampende water. Ruud is inmiddels gefinisht in 4:13:51 en ook hij is tevreden met de gelopen race. In café Montmartre toasten we in gezelschap van familie op onze prestaties. Iedereen is in opperbeste stemming. Bovendien hebben we nog drie dagen om Boedapest verder te ontdekken. Deze marathon is een aanrader. Met 3500 deelnemers een marathon met bescheiden omvang. Goed georganiseerd in een schitterende ambiance.
© Albert Broekhoff – Deventer / http://daventrialoper.web-log.nl/