In alle uitslagen zie je het terug. De jeugd vindt al dat hardlopen geen zak aan. Die oude kerels blijven maar doorgaan en het algemene niveau zakt dramatisch. Op de 10EM, in Apeldoorn dit jaar, waren slechts twee wedstrijdsenioren (jonger dan 35 jaar) en ik werd op mijn 52e zevende in 1:06. Waar komt dat nu door?
Massaevenementen zoals de Zevenheuvelenloop hebben aan belangsstelling geen gebrek, maar ook daar vergrijzing alom. Ik denk dat het pijnaspect een grote rol speelt. Skaten etc is heel cool en het plat op je snuit gaan is eigenlijk niet ingecalculeerd. In Xtreme Sport zie je allerlei gasten die met doodsverachting de meest rare fratsen uithalen, maar een 100meter in 9.68 lopen is niet echt ‘Xtreme’.
De IAAF zit er ook mee in haar maag dat atletiek niet hot is. Nu kwam mij ter ore dat ze bij een 5000m bijvoorbeeld elke ronde de laatste loper er uit willen halen. Maar hoe gebeurt dat er uit halen wanneer je het er niet mee eens bent? Wat als er in een rondje iemand geblesseerd naar de kant stapt? Nee, als je het echt spannend wilt maken kun je beter het concept uit Stephan King’s boek De Marathon volgen. De winnaar krijgt een gigantisch vermogen, maar iedereen die de minimumsnelheid niet haalt krijgt een waarschuwing. Drie waarschuwingen betekent je dood. Of zou dit juist weer oude knakkers, die graag in hun harnas sterven, stimuleren?
Op een foto van 1977 zag ik Henk Kager finishen bij de KCVO loop, destijds één van de oudste deelnemers. Henk loopt nog steeds prestatielopen, maar om niemand tot last te zijn start hij gewoon eerder. In Putten nam hij tijdens de Rusthoeveloop een verkeerde afslag en werd door de boswachter na drie uur naar de startplaats teruggebracht. Kijk dat is nu pas Xtreme.
Mijn oudste dochter (13) is ook heel sportief en zit op wedstrijdzwemmen. Laatst deed ik een flauwekul wedstrijdje tegen haar en won. Ik bleef langer onder water dan toegestaan, dus had ik gedist moeten worden. Happend naar meer zuurstof hing ik aan de kant toen zei gewoon ademend vroeg "nog een keer?". "Ga je wel diep?" vroeg ik. "Nee", zei ze:"Je moet niet diep gaan, maar zo dicht mogelijk bij de oppervlakte blijven."
© Rinus Groen – Apeldoorn