’t Is al zo’n 8 jaar geleden dat ik de NoMen Race liep als, noodgedwongen, afsluiting van mijn hardloopperiode. Ik had m’n lijf aardig kapot gelopen door er niet naar te luisteren. Oké, een pijntje hier en een pijntje daar is nog te overzien. Na uiteindelijk een test in ’t ziekenhuis en de diagnose ischemie, moest ik wel toegeven dat zoiets gewoon niet te negeren viel. Dag hardloopwereldje.
Stevig doorwandelen was m’n eerste alternatief. Maar, prestatiesporter als ik ben, hier ging ik eerst te snel met ook weer een ziek gevoel tot gevolg. Dus, camera mee en onderweg ook gewoon lekker genieten van ’t moois. Na een tijdje alle mogelijke routes vanuit huis te hebben gelopen, ging ’t me vervelen. Tijd voor iets anders. En dat werd paardrijden. Zo’n vijf jaar vol overgave gedaan, maar uiteindelijk toch om diverse redenen gestopt. Fitness heb ik zo’n beetje m’n hele leven al af en aan gedaan, dus dat was een makkelijke keuze. Ook in de sportschool liep ik tegen grenzen aan. Zodra m’n hartslag te hoog werd, merkte ik dat mijn lijf dat niet prettig vond. Ben er inmiddels wel aan gewend en hou m’n grenzen goed in de gaten.
Tot vandaag. Best aardig weertje en een nieuwe draadloze bluetooth headset om uit te testen. Alle hardloopkleding heb ik natuurlijk allang doorgeschoven, maar ik heb wel vrij nieuwe hardloopschoenen die ik ook op de loopband in de sportschool gebruik om daar op flink door te stappen, al dan niet zogenaamd tegen een berg op. Zal ik ’t gewoon es proberen? Ach, wat kan er mis gaan? Op z’n slechtst maak ik na 5 minuten rechtsomkeert.
Mobiel met muziek via Deezer in de armband, headset op, en hobbelen maar! Eerst de straat uit gewandeld, oversteken, en daar begon de strijd. Ja, strijd. Eerst de strijd met m’n lijf. Ik voel m’n schenen, de binnenkant van m’n knieën, en ook al schijnt ’t zonnetje, m’n armen laten kippenvel zien. “Dat gaat ‘m niet worden!”, hoor ik in m’n hoofd. “Dat zullen we nog wel es ziehien!”, zegt een ander stemmetje. Een paar minuutjes verder lijkt ’t al soepeler aan te voelen. Ik glimlach.
De route, een ruime 6km blijkt later, loop ik in een rustig tempo. Van hardlopen is bepaald geen sprake, meer hobbelen dus, maar goed. Steeds geef ik voor mezelf een punt aan waar ik even mag lopen. Dat zijn er niet veel natuurlijk, en dat hóeft ook niet. En natuurlijk is ’t genieten als je onderweg huppelende konijntjes ziet, mooie schapen, en een paar maffe geiten.
Op de terugweg begin ik mijn benen steeds meer te voelen. Ze voelen zwaar aan. Ik stop dáár, bedenk ik dan. Vervolgens bedenk ik dat ik nog wel een stukje verder kan (over mentale strijd gesproken). Dáár wordt dan ’t punt. Vlak voordat ik bij dat punt ben, zorgt de muziek ervoor dat ik in een soort flow kom. Toch nog een stukje verder dan? “Nee, dat ga je niet doen, dit is je eerste keer sinds tijden, ’t is wel goed zo”. En ja, ’t is wel goed zo.
Met een mooi-rood-is-niet-lelijk hoofd eindig ik deze route. Voor herhaling vatbaar? We zullen zien.
Note redactie: in de beginjaren van Loopkrant.nl, in 2006, heeft Carla veelvuldig haar verhalen met ons en alle lezers gedeeld. Ze heeft daarom een speciaal plekje in ons hart gekregen en hebben we haar als persoonlijkheid in 2007 in ons jaarboek opgenomen. In juni bestaat Loopkrant.nl alweer 10 jaar!
© Carla den Nieuwenhoop – Veenendaal