“…Stop! Ik wilde jullie nog attenderen op twee wedstrijden die aankomend weekend georganiseerd worden…” Nog voordat de trainster was uitgesproken kwam uit de groep licht gemompel en zenuwachtig gegiebel. De aandacht van enkele lopers was sneller dan de wind alweer spoorloos verdwenen.
Een dame tikt me kort daarna bescheiden op de schouder:”Haha, wedstrijden zijn voor snelle hardlopers en niet voor ons soort hè. Wat denkt ze wel niet. Ik heb net de cursus Start To Run afgerond. Daar pas ik toch helemaal niet tussen! Ik heb helemaal geen zin om achteraan te starten en vet achteraan te finishen. Ik hoor iedereen nu al lachen en plezier aan mij beleven. De woorden ‘schudden met die billen’ staan nog diep in mijn geheugen gegriefd. Ik ben geen domme troela. Nee, die wedstrijd laat ik lekker aan me voorbijgaan. Eerst nog maar wat duurlopen. Zeg nooit nooit. Voorlopig in ieder geval nog niet.”
Tja, wanneer ben je een wedstrijdloper en wanneer ben je een trimmer? Kennelijk kijken nieuwe lopers hier toch op een hele speciale manier tegenaan. Menig loopje is juist voor iedereen een mooie manier om de omgeving eens van een hele andere kant te zien. En, bij elke loop, kun je er altijd nog zelf voor kiezen hoe hard je het gaat lopen. Loop je in een groep mee dan pas je de snelheid aan, aan het tempo van de groep. Eigenlijk niets anders dan een gewone duurtraining. Enkel dat je met een grotere groep start, je een startnummer op je shirt geprikt krijgt en bij de finish een klok ziet staan. Als je geluk hebt nog een paar supporters en een fijn flesje sportdrank. En als je heel veel geluk hebt ook nog een ‘functioneel’ shirt of medaille als beloning.
De benaming ‘functioneel shirt’ heb ik overigens altijd al iets raars gevonden. Een shirt gebruik je toch altijd functioneel of ben ik nu gek? Ook als pyjama of poetsdoek gebruik ik het alleen functioneel. Alles heeft zijn functie nietwaar? Zo, dat moest er even uit, excuses.
Terugkomend over het wel of niet (kunnen) meedoen aan een wedstrijd. Iedereen kan en mag het. Nergens staat dat het niet mag. Alleen bij nationale en internationale wedstrijden stellen ze tijdslimieten aan deel-name. De organisatie van elke dorpsloopje maakt een diepe buiging om zo zoveel mogelijk deelnemers aan de start te krijgen. Het is zuchten en zwoegen voor de vrijwilligers. Door nadruk te leggen op de gezelligheid komen ze vaak al een heel eind in de goede richting. De naamgeving prestatieloop, bosloop, cityrun of cross zorgt soms nog voor de nodige verwarring. Ik kan je echter een tip geven: knijp je ogen eens dicht, zet het verstand op oneindig en schrijf je in. Je zult zien dat direct na de start de spanning van je schouders afglijdt en je eigenlijk alleen maar kunt genieten! Met je verstand misschien nog een wedstrijd, maar als je je hart eerlijk laat spreken is het gewoon een heerlijke duurloop!
En na elke wedstrijdervaring zie je alleen de positieve ‘boost’ die je ervan krijgt. Don’t think, just run and have fun!
© Loopzus Fiona