Het was 2010. Maagdelijk in het lopen van een marathon maar wel zwanger van angst en aan onzekerheid, zo wilde ik mijn eerste mythische 42.195 meter lopen in Genk. Elk jaar wordt daar immers in winterse omstandigheden de LPM-marathon georganiseerd, ter nagedachtenis aan Louis Persoons, een man, net als ons fanatiek hardloper en enkele jaren geleden plots overleden in zijn slaap.
Ik wist niet wat mij te wachten stond op die marathon maar ik wist wel dat ik pijn zou lijden. Zonder twijfel wist ik dat ik op een plaats zou belanden waar het allemaal heel moeilijk zou gaan maar ik wist vooral dat ik steun zou krijgen van twee personen die intussen heel wat voor mij betekenen, Marc Papanikitas en Micha Havreluk.
Twee personen die me in de voorbereiding naar mijn eerste marathon op een ongelofelijke manier hebben bijgestaan, mij hebben gestuurd en vooral moed hebben ingesproken. Woede van spijt braakte ik uiteindelijk uit wanneer bleek dat die Louis Persoons Marathon op het nippertje toch niet door bleek te gaan. Daar ging al mijn voorbereiding, mijn vooruitzichten en de eer om op die plek mijn debuut te maken.
Volgens vele geruchten bleek deze LPM marathon namelijk één van de meest gemoedelijke, vriendschappelijke en hartelijke marathons te zijn die je kunt inbeelden. Noodgedwongen heb ik deze vriendschappelijke sfeer moeten wisselen voor de onpersoonlijke en drukke sfeer tijdens de Marathon van Eindhoven. Vond plaats op 10.10.2010 .
Ik had me op dergelijke wijze voorbereid dat het haast onmogelijk was om niet te finishen, tenzij ik onderweg ergens neergeknuppeld zou worden door een hamervasthoudende man of een andere gangster van formaat.
Ik liet me bijstaan door dokters, door ervaren marathoniens, liep wekelijks afstanden waar de meest doorwinterde lange-afstand piloot duizelig van wordt en kocht spullen waar een ruimtereiziger zelfs geen nood aan heeft. Geen ding was te groot, te zot, te overdreven of te maniakaal. Ik zou die marathon tot een goed einde brengen en dat was waar ik voor ging.
Ondertussen zijn we drie jaar later, zijn we beland in een jaar dat de inexperiëntie plaats heeft gemaakt voor straffe marathonverhalen en het marathon-maagdenvliesje voor kapotgelopen teennagels. Zo zou je kunnen zeggen.
Marathons genoeg in het vizier, maar vooral: de Louis Persoons Marathon is terug daar Gezien het feit dat ik in de maand Januari belachelijk lange werkdagen en verschrikkelijk weinig vrije dagen had, spreekt het voor zich dat van training nauwelijks iets in huis kwam. In tegenstelling tot mijn eerste poging tot deelname aan de LPM Marathon had ik dit keer nauwelijks getraind en voelde ik me zeker niet voldoende in vorm om een marathon uit te lopen.
Komt hierbij dat mijn loopschoenen het uiterlijk hadden gekregen van een rotversleten oude schoen die in één of ander stripverhaal uit het water wordt gevist en dat ik deze marathon noodgedwongen moest zien uit te lopen op splinternieuwe loopschoenen die helemaal niet ingelopen waren.
Het prototype van een marathondeelname, inderdaad…
Initieel was het eigenlijk helemaal niet mijn bedoeling om af te reizen naar Genk om daar mijn eerste marathon van het jaar te lopen. Ik had mijn zinnen gezet op Antwerpen, ik was absoluut niet voldoende voorbereid naar mijn normen en eigenlijk vermoedde ik dat er al lang geen inschrijving meer mogelijk was. Tot ik op een keer toch een kijkje ging nemen op de site van de LPM marathon. Er waren nog plaatsen voldoende. Overigens zag ik dat mijn goede vriend Marc Papanikitas ging deelnemen en ik zag foto’s van Micha, die goeie vriendelijke en oprechte man uit het verre Limburg.
Twijfelen deed ik geen seconde en schreef me in, niet voor de halve marathon maar opeens voor de hele. “Wat heb ik eigenlijk gedaan?” dacht ik. Ik had nauwelijks kilometers in de benen, heb mezelf niet maniakaal kunnen voorbereiden, liep op compleet nieuwe schoenen en slechts één week vóór de marathon was ik tijdens een 27km lange duurloop wegens complete uitputting ternauwernood aan een hartstilstand ontsnapt…
OK, het is uiteraard een hele lange afstand, die marathon, maar het waren zeven rondjes van zes kilometer. Wanneer ik dus na 5 rondjes zou voelen dat ik niet meer verder kon, kon ik zonder noemenswaardige problemen afdruipen en stilletjes als een dief in het holst van de nacht verdwijnen.
Maar gek genoeg gebeurde dat niet. Ook al kwam ik op plekken waar ik helemaal alleen liep, waar geen enkele toeschouwer me kon aanmoedigen en waar ik hélemaal niet kon meegesleept worden door andere marathonlopers, ik had er geen last van. Eigenlijk leek het alsof ik even de deur uitging voor een korte 10kilometer training.
Wonderbaarlijk miraculeus gebeurde er uiteindelijk iets fenomenaal, ik heb deze marathon -die ik immers heb gelopen zonder enige vorm van noemenswaardige training- uitgelopen in mijn beste tijd. Een tijd van 3H13 en dit in zeer slecht omstandigheden. IJskoud weer, her en der gevaarlijk spiegelgladde ijsplekken, zonder degelijke training,maar vooral en dit in tegenstelling tot grote marathons; zeer weinig toeschouwers en heel weinig collega lopers die je naar de finish toeslepen.
Nee, in Genk helpt iemand anders je naar de finish…
Bedankt Louis. Het gaat je goed, beste vriend.
© Jürgen Op de beeck