Ze kent Vera al heel wat jaren van het hardlopen. Vera is nu plusminus twintig jaar jong en beeldschoon. Wanneer zag ze Vera voor het eerst? Dat weet ze niet meer zo goed. Op een zeker moment maakten ze contact met elkaar en dan blijkt het leuk te klikken. Inlopen deed ze wel eens met Vera, als het zo uitkwam.
Vera vertelde dan van school, van haar eerste vriendje, over feestjes, een vakantiebaantje, zo van alles wat een pubermeisje bezig houdt. Heel gezellig en ontspannend. Ze hebben wel eens samen gelopen in een trimloopje omdat ze niet uitgepraat raakten. Haar vriend kon goed met haar vader praten. Dus die twee hadden het ook gezellig. Zo ontstaat er dan een band. Ze vertellen elkaar wat meer over hun persoonlijk leven. Informeren bij elkaar als er iets staat te gebeuren en hoe dat dan afgelopen is. Zo raken sommige atleten wat meer bevriend. Nu ze er over nadenkt, heeft ze Vera waarschijnlijk voor het eerst ontmoet bij de strandlopen in Noordwijk. Elke zomer is daar een strandloop circuit van tien wedstrijden. Vera is en was dan ook altijd van de partij. Ze komt meestal samen met haar vader.
De circuitlopers daar in Noordwijk op het strand lijken wel familie van elkaar. Wanneer de eerste wedstrijd van het circuit begint is het altijd weer een verheugd weerzien van atleten die elkaar bijna een jaar niet meer gezien hebben. Ze delen dan weer tien weken lang loop, lief en leed met elkaar. Na de prijsuitreiking verliezen ze elkaar meestal weer uit het oog. Niet uit het hart. Zeker niet. In de decembermaand rent de postbode zijn benen uit zijn gat om de goede wensen heen en weer te bezorgen. Hij en zij komen sommige atleten van de strandlopen nog wel eens tegen bij een trimloopje. Dan is het natuurlijk weer gezellig praten met elkaar. Vera viel ook altijd in de prijzen bij de strandlopen, in haar categorie. Dat vond ze altijd erg leuk en haar ouders waren dan ook terecht trots op haar.
De laatste paar jaar gaat Vera steeds sneller lopen. Op zich is dat geen wonder. Ze krijgt mooie lange benen en ze wordt steeds sterker. Ze wordt ook fanatieker, stapt vaker op de fiets dan in de auto. Ze zeult op school haar tas de trap op in plaats van met de lift te gaan, zoals ze daarvoor deed. Vriendinnen vinden dat ze niet meer zo kunnen lachen met Vera. Daar trekt Vera zich niets van aan. Door de week gaat ze nu trainen met haar vader. Haar vader is nu zo’n beetje haar persoonlijke trainer. Hij is er best trots op dat ze dit jaar zelfs sneller loopt dan hij. Vera wil steeds meer lopen en ook langere afstanden. Haar vader vindt het beter dat ze het voorlopig op de tien kilometer houdt. Maar Vera is niet meer te stoppen. Ze bekijkt schema’s op internet. Leest over sportvoeding. Brouwt zelf haar sportdrankjes. Gaat niet meer naar feestjes. De verjaardagen van de familie wil ze niet meer bezoeken. Ook uit eten wil ze niet meer. In haar ogen is al dat voedsel te vet, te zoet en te zout en te veel. Het vriendje wordt aan de kant gezet. Dat allemaal onder het mom van de sportprestaties. Haar ouders worden er wel eens kriegel van als ze een koekje zit te verkruimelen of de hond haar vlees geeft die onder de eettafel zit. Fruit en groenten. Dat is gezond volgens Vera. En… veel water drinken om de afvalstoffen af te voeren. Daar wordt ze mooi slank van denkt ze. En snel! Haar familie denkt er anders over. Zij vinden haar lelijk mager. Vader en moeder sporen haar aan om eens een banaan te eten of een krentenbol. Maar Vera wil daar niet van horen. Van bananen, en zeker van krentenbollen, zal ze dik worden en met dikke billen kan ze niet goed hardlopen denkt ze. Zo gaat het van kwaad tot erger. Bij Vera thuis is de spanning te snijden. Haar broertjes jennen haar regelmatig. Als dat haar dan teveel wordt smijt Vera de deur hard achter zich dicht en gaat een paar uur fietsen.
Stiekem is Vera trots op zichzelf. Ze is al meer dan tien kilo afgevallen! En er kunnen nog wat kilootjes vanaf vindt ze. Wel vervelend dat ze het tegenwoordig steeds zo koud heeft. En dat haar menstruatie wegblijft. Maar dat is ook wel makkelijk zo. Haar haar wordt ook steeds dunner, Dat vindt ze jammer, want dat was haar trots. Lang, donker krullend, haar had ze. Nu is het net een pluizenbol. Daar kan ze wel een vitaminepilletje extra voor innemen. Op de sportschool hebben ze super vita-pillen heeft ze gehoord. Volgende keer maar eens naar informeren. Zo gaat ze nog een half jaar door.
Vader en moeder zien het met lede ogen aan. Vera heeft geen zin meer in school. Haar zaterdagbaantje heeft ze ook opgezegd. Ze is vreselijk humeurig en verpest de sfeer in huis. Dan op een dag wordt het haar ouders teveel. Ze sturen haar naar de huisarts. Vader gaat steeds vaker alleen naar een trimloopje. Echt veel zin heeft hij niet meer in lopen. Maar thuis is het ook niet alles. Altijd maar die spanning om en met Vera. Als andere atleten vragen of zijn dochter er niet bij is, verzint hij meestal een smoesje, dat ze veel schoolwerk heeft of uitslaapt omdat ze naar de disco geweest is. Dan, op de jaarlijkse loop in Bouwvlugge ziet hij hem en haar. Zij vraagt waar Vera is en welke afstand ze gaat lopen. Hij kijkt bedrukt als hij zegt: “Vera komt voorlopig niet meer.” Zij kijkt hem verbaasd aan. Hij slikt en zegt met een snik in zijn stem: “Vera heeft anorexia nervosa.”
Iris Bouman-Hoogerdijk