Het mooie van schrijven is dat je een zender en een ontvanger hebt. Wanneer mijn vrouw kaas op het boodschappenijstje schrijft bedoelt ze jong belegen kaas en ook nog een bepaald percentage jong belegen. De zender moet snappen dat de ontvanger met te weinig informatie de mist in kan gaan.
Zelf vind ik het prachtig om de informatie zo weer te geven dat de ontvanger zelf iets gaat invullen of ik ga bewust als ontvanger omschrijven hoe de informatie bij mij verkeerd is binnen gekomen. U snapt er niets meer van? Ik geef een voorbeeld.
"Ooit was ik met Elbert Voogt in Polen voor een 15km wedstrijd. Vol verbazing zag ik dat een deel van zijn bagage bestond uit allerlei potjes met vitamen en mineralen. Polen stond bekend vanwege een niet al te breed voedselpakket en Elbert wilde vooral geen tekorten laten ontstaan in zijn energiehuishouding."
Nu hetzelfde verhaal iets anders.
"Ooit was ik met Elbert Voogt in Polen voor een 15km wedstrijd. Vol verbazing zag ik dat de helft van zijn bagage bestond uit een heel arsenaal schimmige potjes. Elbert, die zeer frequent met Simon Vroemen trainde, had blijkbaar niet genoeg aan een gewone bruine boterham en een glas melk."
Beide verhalen zijn waarheidsgetrouw. In het eerste verhaal kunt u zich makkelijk met Elbert verenigen, het tweede verhaal roept wat weerstand op. Zo, ik ga weer eens een stukje lopen. O ja, een stukje is bij mij 14 kilometer in 12km per uur.
© Rinus Groen – Apeldoorn