2 januari SM loop. Ik kan wel denken van niet, maar ook ik ben een echt kuddedier. Dus doe ik ook een aantal standaard dingen. Zo sluit ik netjes ieder jaar mijn loopjaar af. Eigenlijk is dit complete onzin. Afgezien van het feit dat je nog wat vergissingen bij het gebruik van het jaartal maakt verandert er niet zo veel. Dit soort logische gedachten horen echter niet bij een kuddedier en ook zeker niet bij mij.
Dus moet mijn loopjaar afgesloten worden, traditioneel gebeurd dit door te gaan genieten op de Sylvesterloop. Toen ik hoorde dat de Sylvesterloop 2009 in 2010 plaats zou vinden viel een van de grondvesten onder mijn bestaan uit en was ik alle houvast in mijn leven kwijt. Nadat ik van de schrik bekomen was zag ik de voordelen ook wel: in 2010 dus 2 keer een SM-loop en ik hoefde niet na te denken over wat ik vorig loopjaar allemaal uitgespookt had. Ik ben inmiddels wel een groot voorstander van dat laatste. Wat schiet je op met allemaal lijstjes met aantallen, afstanden en tijden. Het waren weer weinig aansprekende resultaten. Het is allemaal samen te vatten met: ik heb hoogtepunten en dieptepunten meegemaakt maar heb wel genoten en ben dus tevreden. Ik heb gelukkig nog heel wat verbeterpunten en ga daar aan werken. Kortom niet terugkijken maar vooruitkijken. En dit zo lezende realiseer ik mij pas wat het voor een briljante zet was om de SM te verleggen naar 2 Januari: dit is het begin van een mooi en heel uitdagend loopjaar. En een aantal uitdagingen zal ik zeker aangaan dit jaar. Maar het heeft geen nut om geweldige verhalen op te hangen over wat ik allemaal ga doen. Laat ik eerst maar eens iets gaan doen en dan kan ik wel vertellen hoe het gegaan is.
En zo ben ik dus weer terug bij de SM loop. Dit was de 5e keer dat ik op een zaterdagmorgen bij de Nachtegaal voor de openhaard met een kopje koffie mocht zitten. Uit het feit dat ik vóór de open haard zat, mét koffie blijkt dat ik inmiddels toch wel een loper met een beetje ervaring aan het worden ben. Onervaren lopers staan achteraan of zelfs buiten zonder iets warms te drinken. Dit komt trouwens niet omdat je door veelloperij sneller wordt; gewoon een kwestie van zorgen dat je weet hoe laat de zaak open gaat en zorgen dat je dan voor de deur staat. Maar zoals altijd komt aan alle moois een eind en brak dus hier ook weer de tijd aan dat ik de warmte van de openhaard mocht inruilen tegen de kou van de Limburgse heuvels. Dit klinkt trouwens erger dan het is. Want het was weer een echt juweeltje: heuvels, sneeuw, strak blauwe lucht en ik mocht daarin een paar uurtjes ronddollen. En kreeg ik honger of dorst dan was ik nooit ver van een verzorgingspost af. Wat zou ik nog meer kunnen wensen. Ik ga deze tocht niet verder beschrijven want ik beschik niet over genoeg woorden hiervoor en om nu een aantal a4 tjes vol te kalken met het woord "grandioos" is iets wat zelfs ik niet zinvol vind. Ik kan denk ik wel volstaan met het verwijzen naar mijn plaatjes die voor zich zelf spreken. Het zijn er weer "maar" 96, dus wordt het tijd dat die verdomde spalk van mijn vinger af gaat.
Er is nog één ding wat ik vergeten ben en dat zijn de mensen. Het was natuurlijk beregezellig met zo’n kleine 150 loopenthousiastelingen zeker omdat het reunie gehalte steeds hoger wordt. Ook heel leuk was te zien dat er hier weer een aantal mensen hun marathondoop kregen. Ik ben van mening dat iedereen in staat is om een marathon uit te lopen. Wel ben ik van overtuigd dat hiervoor stevig getraind moet worden; met name denk ik dan aan lange rustige duurlopen. Ook denk ik dat er genoeg lopers zijn die serieus genoeg getraind hebben maar niet aan het lopen van de marathon toekomen. Dit zit voor een gedeelte tussen hun oren en voor een gedeelte in de hocus pocus die rond het marathonlopen hangt. Veel lopers worden zo bang gemaakt door allerlei verhalen en ook de druk die ze zich zelf opleggen, dat ze naarmate het grote moment nadert steeds onzekerder worden en uiteindelijk als een dood vogeltje richting start gaan (als ze al gaan). Vervolgens presteren ze het om alles wat je maar fout kunt doen ook daadwerkelijk fout te doen.
Ik had met twee lopers die nog allebei geen marathon op hun lijstje hadden afgesproken dat zij mee zouden gaan en heerlijk ontspannen de halve marthon mee zouden hobbelen. Genietend en keuvelend zijn zij meegelopen. Na 10,5 kilometer was het voor de halve marathonlopers omkeren geblazen. De marathonlopers mochten toen aan de beklimming van de Keutenberg beginnen. Subtiel als ik ben zei ik toen tegen de mannen: "jullie stappen nu toch niet voor de Keutenberg uit. Ga nu nog en kilometerje of 4 mee tot de Gulpener brouwerij. Dat is so wie so een veel logischer punt om uit te stappen". De mannen konden de logica hier ook wel van inzien. Zij ging dus mee naar de brouwerij. Daar kostte het niet veel moeite om ze ervan te overtuigen dat het niet echt slim was om de paar kilometer tot het keerpunt niet óók nog te lopen. Bij het keerpunt kon ik hun uitleggen dat ze gekomen waren om een halve marathon te lopen en dat het nu dus tijd werd om dat nog even te doen. Dat hebben ze ook met veel plezier gedaan. Terug bij de Nachtegaal hadden we dus weer twee marathonlopers erbij. En wat veel belangrijker is: twee mannen die echt genoten hadden en met een grijns op hun gezicht naar huis gingen die de uitbundige zon deed verbleken. Kortom een grandioze afsluiting van een fantastische loopdag.
© Henk Geilen – Munstergeleen / http://www.loopplezier.tk/