Één slagroomgebakje is lekker en smaakt naar meer. Uiteraard wordt dit "lekker zijn" veroorzaakt door de smaak. Toch komt het ook een beetje doordat je het niet iedere dag en in onbeperkte hoeveelheden krijgt. Dus is twee slagroomgebakjes na elkaar eten ook nog lekker, maar het genot neemt een beetje af. Een hele bakkerij leeg vreten geeft misschien wel een kick, maar er komt een moment waarop het echt niet meer lekker is.
(Note Redactie Loopkrant.nl: De Eifelsteig. Dit alles door de ogen van Henk Geilen in vier afzonderlijke verhalen vastgelegd en verspreid over twee dagen afzonderlijk te lezen op Loopkrant.nl. Hierbij het eerste deel van deze bijzondere loopervaring)
Het is dus de kunst van én de uitdaging voor de ware genieter om net zo vaak en net zoveel gebakjes te eten dat het nog steeds superlekker is. De vraag die bij mij ontstaat, is hoe je deze kunst leren kunt. In het kader van dit leerproces stond ik zondagmorgen 31 mei voor de derde keer aan de start van de 7 daagse Eifelsteig. Ook al wordt deze loop in Duitsland door het voortreffelijke Duitse organisatieteam, bestaande uit Martine en Helmut Hardy en Gabi Silzer georganiseerd, het begint toch bijna een Hollands loopje te worden. Want van de 16 lopers die de volledige loop zouden gaan doen waren maar liefst 7 van Nederlandse afkomst. De overige lopers kwamen naast een Zwitser uit geheel Duitsland. Deze lijst met Nederlanders werd gevormd door Erwin Borrias, Bram van der Bijl, Thijs van Heugten, Willem Mütze, Martin van Nieuwenhoven, Wim Reumkens en ondergetekende. Daarnaast waren er bij de lopers die een of meer etappes liepen Wilma Dierx, Wilma Vissers (ook al woont zij in Zwitserland, zij blijft natuurlijk een Hollandse meid) en Annemarie Hosli. Trouwens de conclusie dat alleen de mannen in staat zijn om de hele loop te volbrengen slaat absoluut nergens op. Een betere is: de mannen gaan lekker gaan lopen en laten de boel de boel terwijl de dames veel meer verantwoordelijkheidsgevoel hebben c.q. onmisbaar zijn en na een paar dagen thuis de leiding weer op zich moeten nemen.
Normaal heb ik bij een loopje maar één onderwerp op mijn agenda staan en dat is: genieten. Genieten van het lopen, de omgeving en het gezelschap van andere lopers. Ook nu stond dit weer zeer prominent bovenaan maar er stond nog een puntje bij. Ik had de laatste tijd een beetje last van een heup en was vast besloten om door een weekje lekker ontspannen te lopen hier een einde aan te maken. Daarom had ik mij voorgenomen om gewoon mijn eigen tempo te lopen, dus gewoon zo te lopen als ik op een bepaald moment voelde dat ik lopen wilde. Alles wat daarvoor nodig was had ik mee, immers ik had de routes in mijn Garmin en 2 liter water in mijn rugzak.
Dag 1 Aachen – Monschau: "Pure romantiek" (43,3 km 1.762 m omhoog 1.502 m omlaag)
De start of eigenlijk is vertrek een beter woord was heerlijk chaotisch en maar 15 minuten later dan afgesproken. Mooi was te zien dat er meteen 3 lopers aan kop liepen die geen flauw idee hadden waar we naar toe moesten. Gelukkig zaten zij er ook niet mee en heb ik weer een nieuw stukje route leren kennen. Officieel begint de Eifelsteig in Kornelimünster. En daar begint ook de markering. Als je eenmaal Aken verlaten hebt is de weg naar Kornelimünster vrij goed te vinden en is het in principe een groot fietspad. Kornelimünster is een leuk dorpje dat in een dal ligt en de afdaling is dan ook zeker de moeite waard, zeker als je weet dat je dan ook nog beloond wordt met een mooie klim om weer op de route te komen. Bovendien zaten daar toevallig op een mooi zonovergoten terras mijn echtgenote en zoon. Ik kon dus in aangenaam gezelschap even kijken in hoeverre de groep nog een groep was.
Hier werd het weer een prachtige natuurloop, met voor elk wat wils. Bossen, riviertjes, weiden, smalle paadjes, heuveltjes en zelfs aan de trappenpartijen was gedacht. Vorig jaar had ik erg veel foto’s gemaakt. Om te voorkomen dat ik weer dezelfde zaken zou vastleggen heb ik het dit jaar wat rustiger aan gedaan. Toch staan op mijn website nog 100 plaatjes die ik deze eerste dag gemaakt heb.
We waren die ochtend met ruim 25 lopers in Aken gestart. Ik schatte dat als ik om mij heen keek dat ik ongeveer 8 lopers zag. De rest zat dus ergens anders op de Eifelsteig te genieten. Op zich is dit geen probleem want de route was uitstekend gemarkeerd dus iedereen had een goede kans om het etappedoel voor die dag te bereiken. Maar de Eifelsteig begint ook zijn tradities te ontwikkelen; een daar van is rond kilometer 20. Daar is in de tuinen achter het huis van Christa een overvloedige lunch. En toevallig is dit een punt dat een beetje van de route afligt en een beetje moeilijk te vinden is. Ik kwam hier nu voor de vierde keer, wat natuurlijk erg knap is omdat dit pas de derde editie van de Eifelsteig is. Ik weet zeker dat ik bij alle 4 mijn bezoeken via een totale verschillende route hier beland ben. Zoals ik al verwachtte streken wij hier met het groepje van 8 neer en waren er nog geen andere lopers. Ik raakte er dus van overtuigd dat de rest voor ons lag en de route aan het volgen was. Mentaal begon ik er mij dus op voor te breiden dat ik bij de lunch noodgedwongen de rol van de ontbrekende lopers moest overnemen.
Tot mijn grote verbazing kwamen, tegen de tijd dat de lunchpauze voorbij was, de eerste lopers, waarvan ik overtuigd was dat zij vóór ons zaten, opeens binnen. Hoe ze het hebben kunnen vinden is mij nog steeds een raadsel en waar ze overal gelopen hadden ook. Wel was duidelijk dat ze ruim 4 kilometer extra hebben kunnen genieten. Na enig veeg- en zoekwerk is het ook gelukt om de rest van de groep hier naar toe te dirigeren. Met uitzondering van 4 etappelopers die al hadden mogen opgeven was er zodoende weer een mooie groep voor de traditionele groepsfoto.
Na de foto konden we weer een tijd als groep gezamenlijk genieten. Ik kon mij nog heel goed herinneren dat we na verloop van tijd de bossen moesten verlaten en een stukje door de Belgische hoge venen mochten lopen. En inderdaad ging het over een houten pad en weer een bos in. Hierna kwamen we op een rechte weg. In mijn herinnering was die heel erg lang en kwam dan weer in Duitsland uit. Dus echt erg vond ik het niet dat daar nergens meer markeringen stonden. Toen we op een t-splitsing kwamen begon ik daar echter heel anders over te denken. Gelukkig wist niemand van de lopers hoe het hier verder mocht. Dus werd het tijd om mijn gps in te schakelen. Tot mijn geruststelling gaf die ook aan dat we van de koers geraakt waren. Met vereende krachten, lokale kennis en een beetje geluk hebben we toch weer de route gevonden. Dit bleek die eindeloos lange rechte weg te zijn die gelukkig ook nog behoorlijk omhoog ging. Hier kwam ik dus heerlijk in mijn ritme en ben ik samen met twee andere lopers heerlijk gaan lopen. Dit betekende dat binnen de kortste keren de rest van de lopers niet meer te zien was. Maar omdat dit een lange rechte weg was maakte ik mij geen zorgen dat zij kwijt zouden raken. ’s Avonds kwam ik er echter achter dat er niet alleen lopers zijn die beter dan ik kunnen lopen maar ook lopers die zich ook beter kunnen verlopen.
Als beloning voor het stevig doorlopen mochten we het laatste stuk nog een paar mooie bergpaadjes overwinnen en een heel, leuk stukje langs een riviertje. En bij de beklimming naar de burcht konden we nog even dat laatste beetje overtollige energie kwijtraken. Doordat ik tussentijds even snel de gps wilde inschakelen had ik zoveel knopjes ingedrukt dat ik de afstand op mijn Garmin niet helemaal vertrouwde. Omdat ik 100% zekerheid wilde dat ik minimaal de marathonafstand afgelegd had besloot ik toch nog maar een paar kilometertjes extra te lopen. Eigenlijk was het de bedoeling om dit samen met mijn zoontje te doen. Want wat is er leuker om na afloop van een geslaagde loopdag in een zonovergotene toeristenplaats nog even met je zoontje rond te paraderen. Schijnbaar had ik het laatste stukje zo stevig doorgelopen dat ik nog niet binnen verwacht werd en dus was hij er ook nog niet. Dus konden de talrijk aanwezige toeristen hun aandacht niet richten op mijn zoon maar mochten ze hun ogen uitkijken op een bezweet en bestoft figuur dat tussen hen door slalomde.
De jeugdherberg was al gewaarschuwd dat er een groep erg hongerige lopers op bezoek was, toch kon de keuken het tempo waarmee alles wat eetbaar leek verslonden werd absoluut niet bijhouden. Kortom het was weer prachtig om gade te slaan hoe er verwoede pogingen gedaan werden om de schotels met allerlei eetbare spullen te vullen.
Tevens is die avond onomstotelijk bewezen dat ik iemand ben met een geweldig gevoel voor romantiek. Mijn echtgenote was de dag voor de start van de Eifelsteig terug gekomen van een 3 weken durende reis naar Zuid- Amerika. Om te voorkomen dat wij elkaar vier weken niet zagen ( je moet immers je vrouw niet te veel verwennen) waren wij op het geweldige idee gekomen om haar de eerste anderhalve dag mee te nemen naar de Eifelsteig. Zodoende kon ik een nacht met mijn echtgenote in een zes persoonskamer in een jeugdherberg doorbrengen. Tevens lagen mijn zoon, Bram en een Zwitserse en een Duitse loper op die kamer. Als dat niet romantisch is dan weet ik het ook niet meer.
© Henk Geilen – Munstergeleen / http://www.loopplezier.tk/