Soms loop je lekker en soms loopt het voor geen meter. Dit is een openingszin die niet veel goeds voorspelt. Dat het soms helemaal niet lekker loopt kan iedereen gebeuren. de vraag is alleen hoe ga je hiermee om? Hoe het ook zij, zaterdag was weer een schitterende dag met een prachtige loop in het vooruitzicht. Dus was ik blij dat ik niet lang in mijn bed hoefde te blijven liggen, maar op weg mocht naar Haarlem.
Na in Utrecht aangenaam gezelschap van Jean-Pierre gekregen te hebben was ik mooi om 8:50 in Amsterdam en konden we daar twee coupés van de trein met lopers vullen. Achteraf denk ik dat als we nog breder waren gaan zitten we er ook drie gevuld hadden kunnen krijgen. Om 9:15 waren we in Haarlem en daar stonden Wim en Arnold al in de startblokken. Ook al waren er naast de eerder genoemden ook nog Wilma, Erwin, Selim, Jos en Ronald. De voorspelde tien lopers waren er net niet. Dus heb ik nog steeds iets te wensen voor de laatste etappe.
De start was fantastisch. De uitgang van het station was zo gevonden. Het eerste markeringspunt kostte een beetje meer tijd. Volgens de beschrijving mochten wij door een parkje langs een watertje. Toen deze klus geklaard was stonden wij weer mooi aan de achterkant van het station. Dus dezelfde weg terug. En dan kom je weer aan de achterkant van het station. Vervolgens liepen wij aan de andere kant van het watertje. Voor de goede orde een watertje in een parkje, dus de overkant was steeds zonder verrekijkers e.d. goed te zien. Totaal onverwacht kwamen wij daarna weer aan de achterkant van het station. Toen wij dus na een niet geringe inspanning ons ontwikkeld hadden tot ervaringsdeskundigen met betrekking tot de achterkant van het station, werd het langzaam tijd om een ander stukje van Haarlem te gaan verkennen.
Het ging richting Kennemerland. Ook hier hadden we grote problemen met het vinden van de juiste route. Gelukkig was dit een mooi gebied en kregen we hier dus extra veel van te zien. Na een prachtig stukje duingebied mochten over het strand, heerlijk. Een voordeel van een strand is dat je, als je maar de goede richting uitgaat, je niet echt de weg kwijt kunt raken. Daarna ging het weer de duinen in en begon het grote zoeken weer. Na verloop van tijd waren de duinen op en ging het richting Santpoort. Daar zagen wij in de verte de ruïne van Brederoo. Vreemd genoeg zouden wij hier niet langskomen. Dit was wel erg vreemd om zo’n markant punt letterlijk links te laten liggen. Aangezien wij toch goed zijn in het omlopen zijn wij hier toch maar een kijkje gaan nemen. Toen wij bij de ruïne waren vertelden onze kaartlezers heel trots dat zij nu precies op de kaarten zagen waar wij zaten. Achteraf bleek dit echt razend knap omdat dit de kaart was van een heel ander stuk van de etappe.
Toen wij weer terug draaiden naar de duinen, kwamen we door de borden tot de ontdekking dat we niet helemaal de geplande route gelopen hadden. Uiteindelijk hebben we met veel kunst- en vliegwerk via Velsen het pont in IJmuiden bereikt. Dit stuk en het stuk tot in Wijk aan Zee waren duidelijk minder mooi. Perfect van de organisatie was wel dat het op dit stuk aan het regenen was, dus konden we tegelijkertijd alle minder prettige punten afwerken. Op de pont konden we vrij gemakkelijk vaststellen dat we inmiddels ruim meer dan vijf kilometer méér dan de geplande route afgelegd hadden. Ook al had ik mij niet met de route bezig gehouden het was wel mijn schuld. Ik had ’s morgens aangegeven dat ik graag vèr wilde lopen. Schijnbaar had iedereen gehoord dat ik mij wilde verlopen en werd ik dus prompt op mijn wenken bediend.
Eigenlijk was het een rechte weg van IJmuiden naar Wijk. Niet echt uitdagend dus. Bij een kruispunt misten we twee zaken: markeringstekens en Wilma. Ik weet trouwens niet of het woord missen hier op zijn plaats is, maar ze waren er allebei niet. Dus besloten we maar te wachten. Nu realiseerden we ons dat we wel heel lang zouden moeten wachten tot iemand markeringstekens zou komen aanbrengen, Wilma echter zou er zó moeten zijn. Toen dit echt lang duurde zijn we toch maar eens voorzichtig teruggelopen. Wilma vonden we niet maar wel een markeringsteken, briljant verstopt. En dus konden we weer de duinen in. Maar ook hier was geen Wilma te zien. Uiteindelijk kwam iemand op het lumineuze idee om te bellen. Wilma zat dus heerlijk warm en droog in een cafeetje in Wijk. Hoe het allemaal precies gebeurd is weet ik niet, maar ook wij zijn uiteindelijk bij de tomatensoep en appeltaart beland.
Na een wel verdiende pauze begon het gelukkig droog te worden. Ik had echter de grootst mogelijke moeite om op gang te komen. Wat ik de eerste kilometer ten toon spreidde mag zelfs niet eens meer strompelen genoemd worden. Toen ik uiteindelijk weer een beetje begon te lopen gaf mijn camera aan dat het geheugen vol was. Dit terwijl ze bij de laatste foto aan had gegeven nog een opslagcapaciteit te hebben voor ruim 600 foto’s. Ik had dus weer wat afleiding van mijn onwillige bewegingsapparaat. Na allerlei totaal onbegrijpelijk menu opties doorlopen te hebben kwam ik er achter dat het geheugenkaartje losgeschoten was. Dus kon ik weer een probleem oplossen en aan het lopen gaan. Inmiddels zaten wij weer in een mooi en ruig duingebied. Markeringen waren weer niet te vinden. Dus mochten wij heel regelmatig stoppen en proberen te beredeneren hoe wij zouden lopen.
Wat er met mij gaande was weet ik nog steeds niet maar het liep echt voor geen meter. Ik kwam gewoon niet vooruit. Mijn benen wilden absoluut niet. Nu ben ik mij de hele tijd aan het afvragen waar dit aan gelegen heeft. Ik denk dat je op twee manieren hiermee kunt omgaan: je kunt op zoek gaan naar een excuus of je kunt proberen er iets van te leren en op basis hiervan een volgende keer proberen dit te voorkomen. Smoesjes interesseren mij niet: ik liep gewoon beroerd. Waar het door kwam weet ik nog steeds niet. Het vreemde is dat ik de ochtend erna bij een oefenloop voor een 10 EM wedstrijdje meegelopen heb en dat ik behoorlijk wat moeite heb moeten doen om het tempo omlaag te krijgen.
Hoe het ook zij, het hoort er gewoon bij dat het soms wat slechter gaat. Niet zeuren maar doorbijten. Uiteindelijk kwamen we in Egmond. Hier zouden we van de route afgaan en nog een kilometertje of 6 naar Heiloo lopen. Ik moest wel lachen toen ik zag dat precies op het punt waar wij de route zouden verlaten eindelijk weer een markering aangebracht was. Wat mij ook veel plezier deed was dat ik de laatste paar kilometer weer eens even stevig kon doorlopen. Slim was dit trouwens niet, want toen wij op het station aankwamen was de trein net vertrokken. Gelukkig ging hij om het halve uur en is het zelfs een rechtstreekse intercity die mij naar Sittard brengt. En na een dikke 25 minuten in de kou zitten voelt een lekker warme trein extra comfortabel. Mijn droom van een rechtstreekse intercity werd trouwens na korte tijd wreed verstoord. De trein vóór ons had een aanrijding gehad en dus was er geen treinverkeer meer mogelijk. Zodoende heb ik nog extra lang van Noord- Holland mogen genieten, eigenlijk jammer dat het toen al donker was.
Degene die precies wil weten waar de markeringen niet zitten verwijs ik naar de animatie op mijn site. Daar zijn ook de vele foto’s van Arnold, Erwin en mij te vinden. Ik ben er inmiddels achter dat ik ook echte stommiteiten uit kan halen. Wat de gevolgen hiervan zijn zal ik komend weekend tijdens Limburgs zwaarste wel aan den lijve ondervinden. En wat ik precies gedaan heb zal ik in dat verslagje wel verklappen.
© Henk Geilen – Munstergeleen / http://www.loopplezier.tk/