VIP voor een dag

ImageZondag 1 februari 2009. Plaatselijk een vlokje sneeuw met vooral een snijdende wind. Ik hoor het op de radio en de rilling gaat door het lichaam. Zeker niet van de kou. Nee, de zindering van een échte koude Midwinter in Apeldoorn. Het weer maakt deze Gelderse klassieker nog mooier dan hij al is. Nu alleen nog wat snert met roggebrood en spek en het feest is compleet. Het ultieme winnaargevoel.

Al fietsend naar de startlocatie voel ik de spanning opkomen. Apeldoorn wordt langzaam wakker. Op het station arriveren de eerste treinen vol met lopers en supporters. Iedereen lijkt er zin in te hebben. Vandaag gaan ze individueel of in groepsverband de strijd aan tegen alles wat deze zondag aan de orde komt. Op het Caterplein wordt het drukker en nog gezelliger. De warmte van café Finnegans geeft op dit tijdstip van de dag al een enorme aantrekkingskracht. Wat doen we onszelf als loper toch enorm veel pijn. Aangekomen bij de startlocatie, concertzaal Orpheus aan de Loolaan, merk ik pas wat een VIP ik ben. Wedstrijd in eigen stad, binnen no-time op de fiets op wedstrijdlocatie met als toppertje de warme VIP-ruimte van de hoofdsponsor en tevens mijn werkgever. Met koffie en wat lekkers allemaal keurig geregeld. Tja, dan is het lopen in het gratis verkregen shirt bijna wel verplicht. Met trots trek ik het dan ook over de schouders. Ik ben er klaar voor!

De kracht in het lichaam neemt toe en bij het horen van de indringende tonen alvorens het daadwerkelijke startschot klinkt stijgt de energielevel plots van 100 naar 200%. De eerste passen zijn sterk. De ademhaling loopt nog iets achter, maar dat komt vanzelf goed. Het publiek is wild, nu al. Uit de speakers klinken de woorden van Henk:"Wordt het deze zondag, op 1 februari 2009, de acht van Apeldoorn? Bij de andere afstanden duurde het twee of drie minuten voordat iedereen de streep kon passeren! Jongens, jullie zitten al op drie minuten en het einde is nog lang niet in zicht. Ruim 2000 lopers in totaal. Fantastisch!" Opgepept door speaker Henk Borgmeijer voelen we ons vandaag net als Marianne Vos een wereldkampioen. En dat is knap van deze man, want de vele kilometers moeten nog worden afgelegd. Ondertussen vloeit het stemgeluid van Borgmeijer stilletjes weg en krijgt de wind de overhand. De wind is zeer zeker snijdend, maar krijgt door het lopen in de massa nog niet de volle scherpte. Gelukkig maar!

Image

Het ene moment voelt het lopen heerlijk en op het andere moment gaat plots de knop om ‘gatver waar ben ik mee bezig?’. Dit moment had ik tijdens de beklimming van de beroemde JC Wilslaan. Nooit uitgezocht wat nu eigenlijk het stijgingspercentage is, maar het is een vals stuk in het parcours. Tijdens de klauterpartij lopen links van de dranghekken de deelnemers van de Asselronde (27km) en de Midwintermarathon (42km). Voor mij een moment van afleiding. Dit zijn de bikkels en knakkers die vandaag de échte strijd aangaan. Hou koud gaan zij het hebben later in de middag? Hoeveel stappen er voortijdig uit en hoeveel zullen de eindstreep voldaan passeren? Allemaal vragen waar ik nu geen antwoord op kan krijgen. Ik wil het ze wel vragen, maar de adem is hard nodig. Met die gedachte loop ik verder en verman mezelf. Het laatste stuk van de helse klim zit er bijna op en de bovenbenen voelen zwaar. Echter: ik kan het toch zeker niet laten gebeuren dat de lopers me links én rechts voorbij komen lopen?

De scherpe bocht wordt zo kort mogelijk genomen. Immers meters pakken waar het kan, visie van Tonnie Dirks geloof ik. In de slipstream van de iets snellere lopers van de minimarathon (18km) vervolg ik mijn pad. Zij komen me, precies getimed, op de laatste kilometers ondersteunen. Het verschil in tempo is minimaal, maar net groot genoeg voor een kleine pas-aanpassing. De winnaars Dennis Licht (18km) en Abdi Nageeye (8km) zijn natuurlijk al ruim op tijd gearriveerd. Zoals ik ze ondertussen ken beiden met brede lach en de armen zo weids als maar kan. Hangend in de ringen als Yuri van Gelder zal ze zeker niet misstaan. Ik beeld me alvast in dat ik straks ook zo over de finishmatten ga.

Image

De Amersfoortse weg opkomend voel ik de wind. Oef, wat is dat koud! Verdorrie, daar gaat toch niet m’n perfecte tempo? Naast me hoor ik de naam van loopmaat Nemi van der Reest. Ik klem me vast aan Nemi zonder dat hij het door heeft. Ik voel me wel wat sullig, omdat hij al tien kilometer meer op zijn toerentellertje heeft staan. Ternauwernood loop ik hem voorbij. Ik lijk vleugels te krijgen. Lukt het me nog om onder de drie kwartier te blijven? Rechts hoor ik uit het niets mijn naam vallen. "Sorry, geen tijd om rond te kijken. Ik weet niet wie je bent, maar ik ben heel blij dat je me nog even aanmoedigt. Ik zoek later wel uit wie je was! Ik moet namelijk op tijd bij de eindstreep zijn!" Een goede kennis drukte me vooraf namelijk nog nadrukkelijk op het hart dat hij maar 45 minuten in de kou zou blijven staan. Als hij me dan nog niet had gezien dan ging hij er blindelings vanuit dat hij me simpelweg had gemist in de mensenmassa. Een extra motivatie voor mij om juist nog even goed door te lopen. Gek dat je dit op zulke momenten allemaal bedenkt. Nog maar tien passen en, YEAH, ik ben er weer… Oeps, de lach en de armen nóg vergeten! Als ik enkele minuten later m’n kennis aan de lijn heb blijkt hij onderuitgezakt op de bank te zitten en meldt me vrolijk dat Marianne Vos door zijn support met ruime voorsprong wereldkampioen is geworden deze ochtend. Hij is dus helemaal niet in Apeldoorn geweest? Ach, wat doet het ertoe. Ik heb lekker gelopen en de tijd voor het nagenieten is vanaf nu aangebroken.

Tevens hét moment van supporteren. Iedereen de hart onder de riem steken of wat is het gezegde ook alweer? Een goed doel in ieder geval. Ik zie ze allemaal passeren en ze kijken blij als ze me zien. In de wijk Berg en Bos met name. Het is leeg aldaar. De buurtbewoners hebben deze dag al genoeg lopers gezien lijkt het en zijn weer hun warme huisjes ingekropen. Begrijpelijk, maar wel jammer. Met de fiets aan de hand stap ik verder en bij elke boom, bij elke stoeptegel klap ik in mijn handen. Ze hebben het nodig allemaal. Rond de klok van drie uur wordt het onmenselijk koud en heeft iedereen het zwaar. De voor mij bekende lopers zijn zelfs bijna niet meer te herleiden, dus besluit ik ze allemaal maar aan te moedigen. Op momenten dat ik even stop kijken ze me met een vragende blik aan. Zo van "En ik dan? Moedig me aan. Ik heb het nodig!" Met die insteek kan ik het niet laten en zweep ik ze allemaal nog even op. Een fototoestel biedt al snel uitkomst. Het lichaam wordt weer wat energie ingepompt, de smile verschijnt op het gezicht en zo vervolgen ze hun weg. Rinus van der Wal, bekend van o.a. zijn verhalen voor Loopkrant, passeert op het 33km-punt. "Het gaat niet meer. Het gaat écht niet meer. Het loopt zwaar, Fiona." Ik wilde bijna roepen "Stap op m’n fiets. Dan breng ik je terug naar de eerste bezemwagen of zelfs helemaal terug naar de finish". Ik schreeuw het echter niet, want wil een marathonloper dat wel horen? De woorden "Kom op Rinus. Het gaat goed! Het ziet er nog goed uit! Hou vol!" lijkt me geschikter voor het moment.

Image

Bij het zien van Björn Parree bij de échte marathonlopers kan ik met een gerust hart naar huis terugkeren. Al kletsend beklimt hij net op dat moment de JC Wilslaan en neemt de vele anderen achter hem nog even op sleeptouw. De lach is er nog, dus dat komt dik in orde. Op de terugweg bedank ik niet te vergeten de vele verkeersregelaars, want ook zij hebben het zwaar onder deze omstandigheden. Langzaamaan verlaat ik dan echt het wedstrijdparcours en ga ik op zoek naar de warme douche. Midwinter 2009 is voor mij weer voorbij. Wat was het weer een fantastisch en supergeorganiseerd evenement en dat onder deze winterse omstandigheden. Al zeg ik het zelf, als ‘Apeldoorner’.

© Redactie Loopkrant – Fiona Markus