Ireland, nog een mooi pad (deel 02)

Bron foto http://www.loopplezier.tk/Op de eerste dag van Ballyvaughan naar Lahinch, het feest is begonnen. De doelstelling van deze Ierse tocht was om van de kust van de Atlantische oceaan tot aan de Ierse zee te lopen. In Ballyvaughan is een mooie pier dus het ideale startpunt. Daar moest dus de gebruikelijke startfoto gemaakt worden en dan kon begonnen worden. Na een serieuze worsteling tussen de wind en de vlag is de foto gelukt.

(Note Redactie Loopkrant.nl: Ireland Coast tot Coast. Dit alles door de ogen van Henk Geilen in  afzonderlijke verhalen vastgelegd en verspreid over drie dagen afzonderlijk te lezen op Loopkrant.nl. Hierbij het tweede deel van deze bijzondere loopervaring)    

Zoals een goede organisator betaamd liet Willem niets aan het toeval over. Om de goden gunstig te stemmen offerde hij dan ook zijn petje aan de god van de zee en wist ik waarom wij per persoon 3 petten gekregen hadden. Achteraf denk ik toch dat zijn communicatie met de god van de zee niet zo helder geweest is, want niet veel later gingen de hemelsluizen open.

Na een kilometer of 5 over de verharde weg gelopen te hebben riep Willem dat hij een mooi pad over de berg wist. We hebben dus over de berg gelopen, een pad heb ik niet gezien maar wel veel stenen, water en modder en alle mogelijke combinaties hier van. De foto’s spreken boekdelen. Het uitzicht was werkelijk spectaculair. Toen draaiden we naar het zuiden en kwam de echte storm. Dit was leuker dan een dagje pretpark. Je rent met alle kracht en komt niet meer vooruit; soms hang je echt stil in de lucht. Ik had van Willem de route gekregen en in mijn garmin geprogrammeerd. Uiteraard zat daar dit stukje route niet in; toch kwamen we naar verloop van tijd op de geplande route. Hier hebben we toen bijna een kilometer van gelopen en toen kwam het weer: “ik weet hier nog een mooi pad”. Dat was het zeker en na een kilometer of 3 ging het over in een zogenaamde green road. Als je weet dat in sommige stukken van Ierland de modder groen is door de stront van de koeien dan weet je ook wat ze bedoelen met een green road.

Bron foto http://www.loopplezier.tk/

Inmiddels was het gestopt met hard regenen en gaan stortregenen. Dit in combinatie met de kwaliteit van de weg maakte het lopen voor mij als brildrager toch wel een beetje zwaar. Ik had ook geen flauw idee of de anderen voor, achter of naast mij liepen. Maar zoals altijd komt aan alle plezier een eind en kwamen we weer op geasfalteerde stukken richting oceaan. Op een hoek stond Annemarie met lekker ijskoude cola. Zij vertelde dat Thijs en Martin al door waren en de rest dus ergens achter mij moest zitten. Willem kende de route en had een kaart en een garmin met de route, ik had ook de route in mijn garmin en zat daar weer op. Thijs en Martin wisten volgens mij alleen maar de naam van het eindpunt en daar zaten we volgens mijn calculatie nog meer dan 40 kilometer van af. Dus ik was wel benieuwd hoe dit zou aflopen. Omdat het koud en nat was wilde ik mijn tocht vervolgen; op dat moment zag ik Herman in de verte aankomen. Spontaan besloot ik dan ook dat dat mijn renmaatje voor de rest van de dag zou worden. Nadat Herman gegeten en gedronken had en tevens zijn jasje verwisseld had, wat geen geringe prestatie in dat weer was, gingen we op stap. Laten we zeggen dat ik nog wat moeite had met het concept van het lopen op gps maar het fenomeen van de doodlopende start (cul de sac) zorgde er toch voor dat je na verloop van tijd weer op de juiste route terugkwam. De tocht ging richting de kliffen van Moher. Op een gegeven moment kreeg ik het gevoel dat ik daar heel dicht bij zat. Daar was ook relatief veel verkeer. De gps was echter van mening dat ik daar een andere kant uit moest. Wellicht was daar een voetpad en hoefde ik niet over de grote weg.

Toen wij na een kilometer of 3 steeds lager en verder van de kust waren begon mijn vertrouwen in de techniek toch een klein beetje af te nemen. Gelukkig kwam er een kruispunt en leek de rechter afslag naar de kust de beste optie. Na een kilometer zat ik weer op de gps-route, alleen kreeg ik het signaal dat ik de verkeerde kant uitliep. Maar na een kilometer of 3 tegen het advies in gelopen te hebben kwam ik bij de parkeerplaatsen van de klif. En daar stond Annemarie en de rest van de groep, uiteraard zonder Thijs en Martin. Wij hadden dus een mooi en verkeersvrij alternatief gevonden voor de 200 drukke meters naar de klifs. De klifs zijn werkelijk spectaculair zeker met de regen en de storm. Bij het vertrek vanaf de klif kon ik tevens de kop nemen want de komende kilometers waren voor mij bekend gebied. Vervolgens kon je met een bocht naar Lahinch of, zoals gepland met een heel grote omweg nog eens helemaal langs de kust. Gezien het hondenweer besloot Willem voor de eerste mogelijkheid te gaan. Nadat dit besluit genomen was stopte meteen de regen. Omdat er nog ergens een straat met de naam Holland was konden weg toch nog een lusje maken.

Langzamerhand begonnen we ons toch een beetje zorgen te maken over Thijs en Martin. Zoals het de komende dagen nog heel vaak zou gaan: als wij een probleem hadden mocht Annemarie dit oplossen. Uiteindelijk heeft zij de beide verloren zonen dan ook in een bushokje in Lahinch opgespoord. Na 54,91 kilometer en 1341 meter omhoog kwamen wij na 6:40 uur als een mooi stel verzopen katten bij de Bed and Breakfast aan. De mevrouw die dat runde was meer dan superaardig; zij bood aan om onze kleren te wassen en om te proberen om onze schoenen droog te krijgen. En inderdaad ’s morgens bij het ontbijt waren onze kleren mooi gewassen en gedroogd en onze schoenen droog. De nacht was ook apart. De B&B lag direct aan de oceaan op een klifje en het stormde die nacht behoorlijk. Het huis kraakte in alle voegen en de hele nacht rammelden er ramen en deuren. Als ik die nacht al gesnurkt heb dan kan absoluut niemand dit gehoord hebben.

Lanhinch – Tulla: Een klein stukje extra genieten
Etappe twee ging land inwaarts. De wind was nog steeds stevig maar wel in de rug. Er zijn die dag wel een aantal buitjes geweest maar doordat de regen van achteren kwam was het goed te doen. Het landschap was totaal anders dan de eerste dag. Zeer snel liepen Martin, Thijs en ik voorop. Het liep erg lekker en na een kleine 2:20 uur hadden we er al een halve marathon opzitten en stond er nog precies een marathon op het programma. Het lopen op de gps ging perfect. Vreemd was alleen dat we de eerste twee verzorgingspunten gemist hadden.

Gisteren moest ik om de haverklap plassen. En de hoeveelheid vocht die ik daarbij produceerde deed niet voor de Ierse regen onder. Ook nu was dat weer het geval. Gisteren had ik het ook erg koud gehad. Zo koud zelfs dat ik weer iets slims bedacht had. Ik was tegen een elektrische stroomdraad aan gaan plassen. Vandaag moest ik weer veel plassen maar had het gelukkig niet meer zo koud dat ik de truc met de stroomdraad moest herhalen.

Bron foto http://www.loopplezier.tk/

De gps stuurde ons op een gegeven moment rechtsaf , weer zo’n mooie green road in. Willem had echter gezegd dat we vandaag alleen verharde wegen zouden lopen. Ik had zelf de route ingegeven en wist ook zeker dat ik geen onverharde wegen had aangeklikt. Tevens was de green road afgesloten met een hek, en het touw was erg goed dicht geknoopt. Dus konden we alleen maar concluderen dat we ergens anders rechtsaf moesten. Na verloop van tijd vonden we ook een weg naar rechts. Deze eindigde na een kilometer op het erf van een huis. Terug dus. Voor de gezelligheid liep vanaf dat erf een hond met ons mee. We hebben nog verschillende wegen naar rechts geprobeerd maar dat bleken altijd doodlopende paden te zijn. Toen zagen we er weer een. Toen we een stukje onderweg waren zagen we ook een auto de weg in komen. Dus dit zou wel eens en goede weg kunnen zijn. Helaas was dit de eigenaar van de hond die ons achterna was gekomen om zijn hond op te halen en inderdaad liep ook deze weg dood. Het mooie van een garmin is ook dat je steeds kunt zien hoever je van de route afraakt. Toen we bijna 5 kilometer van de route afzaten en ook helemaal door ons drinken heen waren zagen we een huis. Vanuit een raam dat een kiertje open ging hebben we een beetje water gekregen. Uiteindelijk hebben we een grote weg naar rechts gevonden.

Na verloop van tijd kwamen we op die weg de postbode tegen. De routebeschrijving die hij ons gaf kwam er op neer dat we per saldo naar links moesten. Mijn gevoel zei dat we naar rechts moesten. Wij moesten naar Tulla en omdat ik het niet vertrouwde vroeg ik de goede man om de naam van de plaats waar hij ons naar toe stuurde te spellen; dat bleek Doolin te zijn; een plaats aan de oceaan waar wij gisteren door gekomen waren. Van Tulla had de goede man nog nooit gehoord. Op zich niet vreemd dat een postbode een redelijke stad die hemelsbreed 20 kilometer verder op ligt niet kent. Inmiddels was het onze reddende engel Annemarie met hulp van de onafscheidelijke tweeling Tom en Tom gelukt om ons te bereiken. Dankzij haar kregen we weer een idee welke kant het heen ging. Toen we een hele tijd gelopen hadden zagen we dat aan onze rechter hand het einde van de green road was, tevens zagen we daaruit de andere lopers komen. De bedoeling was geweest om aan de onderkant door het Burren National Park te lopen. We zullen maar zeggen dat wij de kaart op zijn kop gehouden hebben.

Vanaf dat punt liepen wij perfect via de gps. Omdat wij gezien hadden dat de anderen ook op de route konden blijven besloten wij maar weer op ons eigen tempo door te gaan. Op het moment dat we de wind niet meer in de rug hadden kregen wij een fikse hagelbui, zodoende was het eerder opgelopen vocht tekort ook meteen aangezuiverd. Op 3 à 4 kilometer van het einde kregen wij nog een fikse regenbui en deze zorgde ervoor dat we werkelijk tot op het bot nat waren. Ons eindpunt noemden wij Tulla, maar was een gehucht voor Tulla. Toen wij dan ook met nog een kleine twee kilometer te gaan een onverharde weg opdraaiden, bevreemde mij dit niet. Toen het steeds dieper een bos in ging bekroop mij echter het gevoel dat het weer fout ging. Volgens de garmin zaten wij echter perfect op koers. De koers was dus goed maar men was vergeten om de B&B op dat punt te bouwen. Dus na verloop van tijd onze reddende engel weer gebeld. Maar hoe leg je uit waar je zit: ”Ik zit in een bos en zie bomen”. Gelukkig hadden we 1,5 kilometer terug aan de rechterkant een meer gezien. Jammer eigenlijk dat de rechterkant een beetje afhankelijk is van de richting waar je vandaan komt. En de volgende dag hoorde ik dat er in dat gebied 40 meren liggen. Toch heeft Annemarie ons na ruim 45 minuten gevonden. Helaas was ik vooral omdat ik door en door nat was toch wel een beetje verkleumd m.a.w. ik zat tegen onderkoeling aan. Maar goed na 77,15 kilometer en 1782 meter omhoog in 8:38 uur had ik toch mooi de tweede etappe in de knip.

Bij de B&B wilde ik even alleen maar douchen. Ook al wist Annemarie waar ze straks de tweede groep kon oppikken toch had ik, dacht ik, meer dan genoeg tijd om uitgebreid te douchen. Toen ik aan de knop van de douche kraan draaide had ik de kraan in de hand. Dit veranderde niet toen ik uit de douche stapte. Dus kleren aan en vragen of de mevrouw van de B&B dit even kon repareren. Wat dat betreft lijkt Ierland touwens wel op Nederland want ook zij moest hiervoor de hulp van het sterke geslacht inroepen. Om geen tijd te verliezen bood zij mij hun privé badkamer aan. Gelukkig had ik ook daar binnen de kortste keren de knop van de kraan in mijn hand. Maar goed drie maal is scheeprecht en in de derde douche kon ik weer proberen op temperatuur te komen.

’s Avonds gingen we eten in de Pub, dit was maar 11 kilometer van ons onderkomen. Toch besloten wij om met de auto te gaan. Na afloop van het eten werd er speciaal voor ons in de pub nog Ierse muziek gemaakt. Dit was oergezellig, toch ben ik rond 1:30 uur rustig terug gegaan om te slapen. 

Voor de looproute en foto’s verwijs ik naar de gebruikelijke animatie op mijn site.

© Henk Geilen – Munstergeleen / http://www.loopplezier.tk/