Dagelijks loop ik van bedrijventerrein Malkenschoten in Apeldoorn naar de kunststofbaan. Een vaste route op een vaste tijd. Hierdoor kom ik ook vaak dezelfde mensen tegen. Zo ook regelmatig een man, die ik van hardlopen ken maar de naam niet van weet. Hij ondersteunde een veel oudere man terwijl deze moeizaam een stukje wandelde. Ik dacht dat het zijn vader was.
Mijn vader had destijds longkanker en hij ging alleen maar ineengedoken op zijn stoel zitten. Voor de TV te wachten op zijn laatste uur. Toen ik mijn vader vertelde dat dagelijks een beetje wandelen of een stukje fietsen voor verbetering van zijn longfunctie zou zorgen keek hij me niet begrijpend aan en zei: "Ik heb longkanker en jij wilt dat ik een marathon ga lopen?". Wellicht had ik toen iets doortastender moeten zijn en net als deze medeloper en hem gewoon ondersteunend mee naar buiten had moeten nemen. In 1995 is hij overleden, berouw komt na de zonde.
Onlangs kwam ik de betreffende loper tegen en tijdens een training sprak ik hem aan dat hij van mij veel bewondering kreeg om toch steeds maar weer met zijn vader een stukje te gaan wandelen. Mijn medeloper moest lachen en zei dat hij fysiotherapeut was en op de manier zoals ik het zag hij wel 100 vaders had. Net na het viaduct op de Deventerstraat, aan de kant van Teuge, gingen onze wegen uiteen. Hij woonde daar. De ene zijn brood, de ander zijn dood had opeens een hele andere betekenis gekregen….
© Rinus Groen – Apeldoorn