CPC: de eerste halve, maar zeker niet de laatste

ImageVandaag is het dan zover, de City Pier City halve marathon staat voor de deur. Al een paar dagen ben ik al zenuwachtig voor deze prestatieloop. Aan de ene kant heb ik enorm veel zin in omdat ik hiernaar toe heb getraind en omdat ik weblogger John ga ontmoeten en aan de andere kant twijfel ik of ik het zal halen. Maar er is geen weg terug en ik ga dit gewoon doen.

Rond kwart voor twaalf vertrek ik samen met mijn broer en zus met de auto uit Ede. Mijn broer rijdt dus dat is wel relaxed. Onderweg krijg ik een telefoontje van mijn zoon die meedeelt dat hij mag afzwemmen. Dat is natuurlijk geweldig nieuws en mijn dag kan eigenlijk niet meer stuk. Uiteraard moet hij ook zijn tante even spreken en gelijk met haar afspreken dat ze op zijn afzwemmen moet komen kijken. Als ik weer mijn mobieltje terugkrijg telefoneer ik naar John. Hij is al in bijna in Den Haag terwijl ik in de buurt van Utrecht rijd. De ontvangst is slecht, dus ik hang maar op. Even later belt John mij op en vertelt dat hij inmiddels in Den Haag is aangekomen en in de kleedkamer zit.

Een half uur later ben ook ik in Den Haag en moet er eerst een parkeerplaats worden gevonden. ’t Is een drama, overal is het druk en ik bel John op hoe ik naar de parkeergarage Malieveld moet rijden. Na een korte uitleg van hem hang ik weer op en geef ik de instructies door aan mijn broer. Bij het Malieveld moet mijn broer via een tunneltje naar de parkeergarage rijden. Beneden is er nog genoeg plek! Als ik uit de garage kom ga ik samen met mijn supporters richting de startvakken. Onderweg krijg ik nog een tik op mijn schouder en als ik omkijk zie ik John staan! Hij had mij gelijk herkend en ik hem ook ondanks dat hij niet zo vaak met foto op zijn weblog staat. Na een korte kennismaking gaan we beiden naar de kleedkamer. Ik wil mijn sportas hier laten liggen en John moet ook het een en ander uit zijn tas halen. Voor de kleedkamer/tent staat een beveiligingsman die alleen mensen binnenlaat die een startnummer hebben.

Image

Eenmaal in de tent zoeken we een plekje op en gaan ons prepareren voor de wedstrijd. John heeft zijn Garmin 305 en hartslagmeterborstband om en smeert zich nog wat in met wondermiddel. Ik heb mijn borstband al aan en m’n RS100. Ik doe mijn gele windjack aan maar die gaat straks uit als ik ga lopen. Als John en ik klaar zijn doen we de tassen op de stellingen en gaan naar buiten waar wederzijdse familie op ons wachten. Voor het Centraal Station maak ik kennis met Johns vrouw en dochter. Na een sanitaire stop in het station gaan John en ik ons opmaken voor de start. ’t Is al aardig druk in de startvakken. Eenmaal in het vak praat ik nog wat met de Zeeuwse bikkel en op een gegeven ogenblik worden alle lopers met een geel startnummer door een dame van de organisatie verzocht om een vak naar voren te verhuizen. Als we allebei in dit vak zijn beland is het nog een poos wachten.

Image

Na ongeveer tien minuten zit er beweging in ons vak. We wensen elkaar veel succes en John herrinnert me eraan om vooral m’n eigen wedstrijd te lopen en ook om vooral te genieten. De eerste vijf minuten zie ik hem nog lopen maar daarna ben ik hem kwijt. Maakt niet uit, hij loopt zijn eigen wedstrijd en ik de mijne.

De entourage is geweldig en het publiek staat langs de kant van de weg achter dranghekken. Het tempo is lekker, maar ik zie dat mijn hartslag behoorlijk hoog is. De eerste kilometers is het goed uitkijken dat je elkaar niet in de weg loopt. Ik word links en rechts ingehaald, maar ik vind het best. Ik laat me niet gek maken, hoewel mijn gemiddelde hartslag toch wel hoog blijft. De eerste vijf kilometers gaan me gemakkelijk af en ik gun me zelfs de tijd om wat van de omgeving te zien. In 31.56 bereik ik het vijf kilometerpunt en staat er na 200 meter de eerste drinkpost. Ik stop en neem rustig de tijd om de sportdrank op te drinken. Het drinken doet me goed en ik krijg weer de nodig energie. Het publiek is enthousiast en af en toe staan er wat kleine kinderen langs de kant en geven je een high five. Geweldig is dat! Ik denk gelijk aan mijn twee boeven die ook graag met hun papa hier wilden zijn. Maar ook zij hebben hun verplichtingen.

Op het tien kilometerpunt klok ik een tijd van 1.08.52. Nog steeds loop ik met souplesse en is er geen vuiltje aan de lucht! Nu ga ik richting Scheveningen! Op de boulevard staan de mensen enthousiast langs de kant en worden de lopers aangemoedigd. Langs het Kurhaus en de pier ga ik dan weer richting Den Haag. Nu krijg ik het wat zwaarder en verlang ik naar wat drinken. Hoe ver nog naar de laatste drinkpost? Als ik het 15 kilometerpunt heb bereikt zie ik nog geen bordje ‘na 200m drinks’. Pas als ik in de buurt van de zeventien kilometer ben zie ik de drinkpost. Hier moet ik wat klimmen, maar de laatste 200m naar de drinkpost ga ik wandelen. De pap zit in de benen en ik moet gauw wat drinken. Dit keer neem ik weer water en alles drink ik met genot op en het vochtige sponsje in de beker haal ik eruit en frist me wat op. Heerlijk!

Image

Nu nog maar vier kilometer, moet een eitje zijn, toch?? Not! Deze vier kilometer zijn de langste kilometers die ik ooit gelopen heb. Ik moet een paar keer stoppen en rustig wandelen. Oh man, dit is niet volgens mijn principe maar ik kan niet anders. Onderweg krijg ik nog een schouderklopje van iemand van de organisatie die op een ATB rijdt en een "zet hem op" van een medeloper. Nog één kilometer en ik zie de rode Fortis finishboog. "Kom op!" praat ik tegen mezelf. De souplesse is helemaal weg, maar ik moet onder de 2.30u duiken. Ik zie langs de kant Maikel en Fiona van Loopkrant.nl die me ook aanmoedigen. Nog 400 meter en ik ga nog iets versnellen en uiteindelijk raak ik eindelijk de laatse oranje registratiematten en heb ik de finish bereikt. In een tijd van 2.28.32 (netto)! Niet mijn streeftijd, maar ik ben hartstikke blij en dik, dik tevreden. Ik kijk al uit naar mijn volgende halve marathon…Zoals ik al eerder tegen John heb gezegd, dit is mijn 1ste halve marathon, maar zeker niet de laatste.

© Eugène Lekatompessy – Ede / http://runningcrashdummie.web-log.nl/