Track etiquette

Net achter elkaar.Is trainen op de atletiekbaan gevaarlijk?  Nee..iedereen weet inmiddels dat je niet over het middenterrein moet dribbelen als de werpers aan de gang zijn. Vaker gebeurt het dat lopers onderling in de kreukels liggen. "Ik schreeuw "baan", maar ze horen me niet!"…"Loop ik net lekker komt me daar toch een malloot voorbijgestormd. Tegelijk voel ik een por in m’n zij".

De hardloopwereld is de afgelopen jaren flink in aantal gestegen en daarbij is ook het gebruik van de kunststofbaan toegenomen. Om dit alles soepeltjes te laten verlopen heeft de atletiekwereld jaren geleden al regels opgesteld hoe de baan het beste te gebruiken. Echter hoe je het went of keert: de basis moet bij elke loper natuurlijk wel aankomen. Als ervaren loper ben je inmiddels gewend om aan de buitenzijde in te lopen, bij de kreet ‘baan’ vooral niet uit te wijken en bij het uitstappen eerst achterom te kijken. Echter als beginneling vraag je je misschien al af: Waarom lopen ze eigenlijk linksom en niet rechtsom? Wat bedoelen ze met baan 1? Is dit de strook aan de buitenkant of aan de binnenkant? Ach dit zijn vragen waar je na één training al een antwoord op hebt gekregen. "We lopen tegen de klok in, omdat we dat altijd doen!"

Tegengesteld inlopen in baan één? Dat vraagt om moeilijkheden..

Een van de bedachte regels is dus dat je de binnenbanen gebruikt voor de tempo’s en dat je tegen de klok in loopt. Wat bedoelen ze dan met tempo’s. "Als ik als broekkie voluit loop dan word ik nóg omvergewalsd." Bedenk maar dat je harder behoort te lopen dan in je duurloop. Gewoon een kwestie van je medeloper voorblijven. Volle bak dus, waarbij je de ander niet hindert door op zijn hakken te trappen, al schaarbewegend in te halen, plotseling af te remmen of met armgebaren iemand op te duwen. Daarnaast is ook te vroeg ritsen en het achterlaten van vervelende knoflookgeuren ten strengste verboden.

Als toppunt van irritatie staat bekend het al kletsend naast elkaar lopen in baan één! Wat een gezelligheid zul je denken. Laat je door dit alles echter niet afschrikken. In het begin ben je alleen maar bezig met het tellen van je rondjes en als je het al niet meer op één hand kunt tellen ben je al redelijk verslaafd aan de kunststofbaan. Ingehaald worden is er dan niet meer bij. Geen langzamere lopers die in pure wanhoop naar baan twee springen om ruimte te maken terwijl jij als iets snellere atleet net probeert uit te wijken. Natuurlijk ook precies dezelfde kant zodat je al struikelend verder loopt en genoodzaakt bent om het tempo te temperen om niet in vol daglicht frontaal op de ander te botsen. Als loper mag je pas inhalen als je denkt sneller te lopen dan je voorganger. Kleven of rechts blijven zorgt voor onnodige filevorming en wordt niet geapprecieerd…

Met vallen en opstaan leer je het

Je loopt natuurlijk niet uren achter elkaar en op een gegeven moment ben je te moe om nog ‘baan’ te roepen. Dit is het moment om te stoppen met lopen. Baan één moet dan verlaten worden. Hoe doe je dat? Eigenlijk hetzelfde als bij een fiets- , brommer- of autoexamen. Kijk of je niet direct iemand achter je hebt lopen. Geef daarna tijdig aan dat je rechtsafslaat. Hoe je dit doet maakt niet uit als je je snellere achterblijver maar niet belemmerd door onverwachts je arm of been uit te steken. Haal diep adem, verlaat de baan en hang daarna enkele minuten uitgeput over het hekwerk. Tactisch gezien is doorwandelen beter..vooral ten opzichte van je ‘directe concurrent’ niet laten merken dat je volle bak bent gegaan!

Image

Niet kletsen, niet naast elkaar lopen, stoppen wanneer je wilt is er niet bij, voluit gaan, happend naar adem over de finish komen met de kans dat je geblesseerd wordt afgevoerd….lopen op de baan gevaarlijk en ongezellig? Nee hoor, de grootse verhalen na afloop in de kantine maakt alles weer driedubbel goed!

© Redactie Loopkrant.nl