Dit jaar organiseert vereniging Stokvisdennen de Halve Marathon, die in de zomer op de eerste vrijdag in augustus tijdens een van de Blauwe Bogendagen gehouden wordt en welk als KNAU loop grote landelijk bekendheid geniet. Jaarlijks een mooie hardloopwedstrijd in het landelijk Vechtdal gebied en dit jaar voor de 20ste keer.
Vroeger kende Dalfsen tijdens de ijsperioden veel natuurijs op de ondergelopen uiterwaarden van de Vecht. Veel mensen schaatsten daar en men kende nog geen ijsclub. Echter door de uitvoering van de ontwateringwerken kwam het steeds minder voor dat de Vecht buiten de oevers trad. De familie Van Leussen ging toen bij de Stokvisdennen een ijsbaan exploiteren. Om meer activiteiten te kunnen organiseren, is vanuit de sportverenigingen S.V.D. en A.S.C. besloten tot de oprichting van een ijsclub. Het organiseren van de Halve Marathon is één van de neven activiteiten van de vereniging.
Alle voorgaande winnaars van deze hardloopwedstrijd zijn geïnviteerd en de meeste zijn ook aanwezig. Zo ook Marti ten Cate, die het parcoursrecord in handen heeft van 1:04:33. Hij liep deze tijd al in 1989. Peter Kiprotich kwam naar Dalfsen om het stokoude record uit de boeken te lopen. De Keniaan liep een verbetering echter net mis en deed er een kleine tien seconden langer over. Speaker Henk Borgmeijer denkt na de eerste doorkomst van Kiprotich dat de snelle man uit Kenia het wel eens zou kunnen halen. Hij bleef figuurlijk stokken op de Stokte ( buitengebied) van Dalfsen. Ik denk bij de start niet aan snelle tijden. Wel schiet me lopen onder de 1:40:00 door het hoofd. Ik zie wel tijdens het lopen.
De start en finish is dit jaar op een andere plek – in een buitenwijk nabij de Trefkoele het sportcentrum. Al de atleten hebben zich onwennig bij de start verzameld. Is het nu links af of is nu het rechts af. Niemand weet het. De organisatie gelukkig wel. Door het terugdringen van de atleten naar achter de start lijn ( per slot van rekening liggen daar toch ook de tijdsmatten ) heeft de start een oponthoud van 12 minuten.
Er zijn vele landelijke bekende hardlopers en ook clubleden en collega’s. Jeroen mijn neef is er ook. “Ik denk dat ik onder 1:30:00 ga lopen, doe het rustig aan, het is een training voor de marathon in Berlijn”, grapt ie. Met zo’ n 22 jaar jonger moet dat lukken. We starten om 19:42 uur en de eerste kilometers gaan door het dorp Dalfsen met veel publiek langs de kant. Het dorp uit, de brug en daarmee de Vecht over. We lopen langs het water richting de Stuw aldaar. Ik sluit aan bij een klein clubje hardlopers. Na een paar kilometers wordt het clubje geüpdatet met nieuwe mensen. Twee wat lange kerels lopen voorop en hebben een strak tempo. Samen met een dame en een paar mannen volgen wij. De eerste doorkomst bij de 5 kilometer gaat voor mij in 23:39. 4 rondjes van 5 kilometer á 23:40 minuten kan een tijd onder de 1:40:00 opleveren, denk ik. We passeren de Stuw en steken opnieuw de Vecht over en we lopen richting retour Dalfsen voor de eerste doorkomst. Er staan in de verschillende gehuchtjes relatief veel toeschouwers en allemaal in de weer met bekers drinken.
In ons clubje lopen we plots met zijn drieën op weg naar het 10 kilometer punt en die gaat voor mij in 47:25. ( 5 kilometer 23:49) We lopen opnieuw Dalfsen in en gaan dwars door het dorp heen. De 10 kilometer en 21,1 kilometer splitsen zich in doorlopen en finishen. Ik loop door en de man naast met wie ik oploop finisht voor de 10 kilometer. De atlete uit Zwolle volgt. En na een tijdje lopen we samen op. Niet lang want op kilometer 12 in de buurt van Gerner krijg ik last van mijn achillespees, net als we over een stukje kasseien lopen. Het zal toch niet waar zijn, denk ik. Even rustig aan, afleiden en tussen door wat drinken en eten. Na een paar kilometer kom ik weer in een aardige pas en loop de 15 kilometer in 1:12:56. ( 25:31 op de 5 kilometer). In tussentijd loop ik voornamelijk alleen en weer langs de Vecht terug naar Dalfsen.
Al met al is het toch behoorlijk warm. Het zweet gust aardig van het koppie af; de verzorging onderweg met sponzen en water is prima. Ik zie de atlete met wie ik van start af aan mee opliep weer lopen. Bij kilometer 19 haal ik haar in. Nog maar een paar kilometer, hoor ik van verschillende kanten scanderen. Bemoedigend, dus toch nog maar even volhouden. De 20 kilometer gaan 1:38:29 ( 5 kilometer 25:33 ) en bij mij is 1 plus 1 al lang geen 2 meer. Nog even denk ik dat 1:38:00 onder 1:40:00 is, dat klopt maar dan nog één km en honderd meter verder. In het dorp finish ik in 1:43:50. Uiteindelijk best tevreden. Ik zie even later John binnen komen en later Ruud, die binnen de 1:50:00 loopt. Hij zal blij zijn met zijn resultaat. Jeroen is al lang binnen in 1:28:01.
Even uitlopen en oh wat doen die benen ineens zeer. Na het douchen is het nog even napraten met Jeroen. De anderen zie ik al niet meer. Voor het weekend wordt mooi weer beloofd. Met de gedachte morgenvroeg rustig uitlopen en genieten van het vrije weekend reis ik af naar Deventer.
© Albert Broekhoff – Deventer / www.daventrialoper.web-log.nl