Nee, natuurlijk niet écht naakt. Dat zou niet gepast zijn en bovendien zou ik me bijzonder opgelaten voelen. Met naakt bedoel ik in dit verhaal: lopen zónder mp3-speler, zónder hartslagmeter en ook zónder horloge. Niet met voorbedachte rade overigens, want de mp3-speler blijkt leeg nadat ik bijna de straat uit ben en door het geharrewar van m’n twee jongens ben ik gewoon de hartslagmeter met bijbehorend horloge vergeten.
Maar goed, het is dus óf zonder dit alles lopen óf niet lopen. Aangezien ik al weinig animo had om te gaan zou je eerder denken dat dit dan een mooi excuus is om inderdaad maar niet te gaan, maar ik heb me, door mezelf om te kleden, al over een drempel heengezet en ik ben niet van plan er weer terug overheen te stappen. Op weg dus.
De eerste twee kilometers lopen nooit echt lekker vind ik zelf, ook niet mét mp3-speler, dus dat maakt weinig verschil. Vervolgens kom ik op een smal fietspad langs de A12, daar begint het "echte" werk. Door het gemis aan muziek probeer ik m’n aandacht op de buitengeluiden te richten. Een ekster die me uitlacht vanuit een boom (de lafaard), schapen die stoppen met grazen en me nakijken, waterhoentjes die schichtig wegzwemmen. En zo passeer ik nog verschillende dieren. Dat is het mooie van lopen in boerderijgebied.
Ondertussen is het gevecht om door te blijven lopen begonnen. Een mentaal gevecht om mijn lichaam te laten doen wat ik wil: lópen! Ik bedenk dat ik aan het eind van dit pad ook rechtsaf kan slaan zodat ik een kortere route loop. Eenmaal daar aangekomen kies ik toch niet voor het hazepad, maar neem het linkerpad, de route van m’n 10,5km-loop.
M’n benen beginnen al wat vermoeid te raken en m’n ademhaling gaat ondanks de pufjes vooraf toch sneller dan gebruikelijk. Er scheren wat vogels voorbij en ik bedenk me dat ik ook wel zou willen lopen alsof ik vleugels had. Helaas, ik voel me meer een slak. Ik zeg tegen mezelf dat ik aan het eind van het pad even mag wandelen. Een andere stem gaat eroverheen met de mededeling dat dat gewoon niet gaat gebeuren. Afgaan doen we niet vandaag!
Mijn referentiekader heeft een positieve boost nodig, want de laatste weken waren mijn zaterdaglopen niet grandioos. Grotendeels te wijten aan de verergerde staat van m’n longfunctie. Een bezoek aan de huisarts leverde naast de luchtwegverwijder nog een ontstekingsremmer op. Ben ik niet echt blij mee natuurlijk. Maar als ik wil blijven hardlopen en niet steeds buiten adem wil zijn en constant hoesten..dan puf ik wel hoor.
M’n benen blijven doorlopen en ik hoor, buiten een enkele auto en allerlei vogels, niets anders dan m’n eigen adem. Heel wat anders dan de diverse BPM’s uit m’n oordopjes, en ik moet zeggen dat het ook wel wat heeft. In ieder geval weet ik nu dat het ook zonder kan.
Nog een aantal glooiingen en dan is het niet ver meer naar huis. Wederom belooft een stem dat ik mag stoppen als ik het laatste heuveltje heb overwonnen, maar eenmaal boven trek ik zelfs even een sprint (niet voor het minst omdat er een auto aankomt..haha). Ik hou mezelf gaande door tegen mezelf te blijven zeggen dat het nu niet ver meer is.
Het laatste stukje. Ik ga nog even een tandje hoger. Dat kan best nu het eind van de loop in zicht is. Thuis vraagt m’n man hoe het ging. Mijn stem klinkt raar. Niet gek, want ik ben benauwd. Ik neem een puf en wat drinken en verdwijn naar boven voor de bekende warme douche. Ook al heb ik het gevoel gehad zo traag te gaan als een (naakt)slak. Ik voel me nu best een beetje trots als een pauw!
© Carla den Nieuwenhoop – Veenendaal