Sinds september 2002 bestaat in Apeldoorn een uniek project. ‘De atletiekschool’. Dit is een gewone school net als ieder andere MBO of HBO opleidingsinstituut, maar deze school geeft ook ruimte aan de studenten voor het beoefenen van atletiek. Wouter Nijkerk, geboren in 1987, sinds hij kan lopen al lid van AV’34, geeft speciaal voor Loopkrant.nl een kijkje achter de schoolmuur.
Want hoe is dat nu eigenlijk: Studeren op een atletiekschool? Zijn extra studiepunten te verdienen met mooie wedstrijdprestaties? Of wordt in plaats van Engels les gegeven in het Keniaans, om de medogenloze concurrentie op hardloopgebied daadwerkelijk vlak voor een wedstrijd uit de concentratie te halen?
"Mijn naam is Wouter Nijkerk en woon in Ugchelen. Dat is vlak bij Apeldoorn. Ik ga net als iedereen gewoon naar school, heb een bijbaantje. Oja en doe natuurlijk aan de sport Hardlopen. Wat is daar nou zo speciaal aan denk je mischien? Want wat is er anders aan dan normaal een opleiding volgen en als hobby hardlopen hebben? Anders is dat ik niet 1, niet 2, of 3 dagen per week aan sport doe, maar iedere dag. Dus 7 dagen per week train ik om zo goed mogelijk te worden in de sport die ik beoefen. Hardlopen dus.
De enige reden waarom dit mogelijk is, is omdat ik naast mijn opleiding op de atletiekschool zit. Dit is niet een school waar ze je les geven over hoe je moet lopen. Maar door de atletiekschool krijg ik een vrijstelling van school, om mijn sport te beoefenen. Elke dag mag ik om 2 uur van school weg, om naar de baan te gaan waar we vervolgens met een Nederlandse topcoach (Johan Voogd) en een paar andere talenten, waaronder Olympische loper Gert-Jan Liefers, en Nederlandse top Dennis licht, te gaan trainen.
In onze groep zijn er verschillende atleten. Sommige zijn op de wat kortere afstanden gericht, 800 meter, andere op de wat langere, 1500, 3000 en 5000. Onze trainer maakt voor elke maand een schema waar op staat wat we elke dag moeten doen. Dat verschilt van een rustig duurloopje, naar lange tempo’s in de winter en in de zomer van een zware heuveltraining naar kortere tempo’s op de baan. Een ander voordeel van het schema is dat we ons kunnen voorbereiden op de training van die dag. Ook dat helpt in een goede voorbereiding op aankomende wedstrijden.
Naast ‘gewoon’ trainen gaan we aan het begin van het zomerseizoen 3 weken op trainingstage. Tot nu toe ben ik 2x naar Portugal geweest. We trainen daar dan maar liefst 2x per dag en hebben op de 10e dag een rustdag. Het doel van zo’n trainingstage is ons perfect voor te bereiden op het aankomende, en vaak belangrijkste, zomerseizoen.
Ik specialiseer me tot nu toe op de combinatie 800-tot-3000 met als hoofdafstand 1500 meter. Een goede 1500 meter is een perfecte basis voor langere afstanden waar ik uiteindelijk naar zou gaan streven. De belangrijkste wedstrijd was voor mij dit jaar natuurlijk de NK junioren op de baan. Mijn doel was om de finales te halen en dat was me ruimschoots gelukt.
Natuurlijk wil ik nu mijn PR’s dit jaar nog zo scherp mogelijk zetten en dan sterk het winterseizoen ingaan. Maar mijn jaar was al goed. Als ik straks senior ben (najaar 2006) moet ik kiezen voor de lange, vaak rond de 10km, of voor de korte, rond de 3km, afstand. Omdat mijn uiteindelijke doel bij de langere afstand ligt kies ik waarschijnlijk uiteindelijk voor het langere werk. Echt hardlopen in de toekomst betekent geduld nu, zorgvuldig trainen en vertouwen hebben in eigen kunnen.
Tot slot wou ik zeggen dat het voor elke talentvolle MILA (midden lange afstand atleet) een erg leuke groep is waar je je meteen in thuis zou voelen tussen alle atleten. Iedereen die eens echt wil weten hoe het is om ook te gaan trainen bij de atletiekschool komt maar eens bij mij langs!"
© Wouter Nijkerk.